zaterdag 28 september 2013

prentje en de reünie

Ik zat een beetje te twijfelen of ik zou gaan, naar de reünie van mijn oude middelbare school.
Voorheen had ik de uitnodigingen laten passeren, maar nu bestond mijn oude school vijftig jaar, en werd het wel eens tijd om terug te gaan.
Zeven jaar heb ik er doorgebracht, eerst vijf jaar op de Havo, en daarna nog twee jaar VWO.

En nu, voor het eerst sinds 1991, loop ik weer het gebouw in. Wat is er veel veranderd.
En ook weer niet. En wat doen al die mensen die ik niet ken in 'mijn' school?
Gelukkig zie ik al snel wat bekenden. Een paar zijn wat ouder geworden, anderen zien er nog bijna hetzelfde uit. Hoe kijken ze naar mij? Ben ik veel veranderd? En welke versie van mezelf laat ik zien?

Om me heen zie ik wat groepjes vormen. De populaire club staat weer bij elkaar.

Er is een heus lesrooster met de docenten van vroeger. Ik volg een les Duits, en mijn leraar neemt zijn les nog steeds erg serieus met een lange, ingewikkelde tekst, waar ik nog steeds weinig van begrijp.
Als het is afgelopen, stromen we allemaal naar de aula voor een onverstaanbare speech.

Ik praat nog wat na in de aula met een docente als er twee leuke knullen op me af komen.
'We hadden het er net over, wij kennen jou', zegt de een.
'Hebben we misschien bij elkaar op het VWO gezeten?', probeer ik mee te denken.
Het gezicht van de ene klaart op.
'Ik weet het weer', zegt hij stralend. 'Volgens mij hebben wij les van jou gehad!'

Absoluut tijd om naar huis te gaan.

vrijdag 27 september 2013

prentje en de inspiratie

Het is de week van Sieb Posthuma. Gisteren opende de tentoonstelling 'Een vijver vol inkt' in het Kinderboekenmuseum in Den Haag, en ik was tot mijn grote eer uitgenodigd door Sieb om daarbij te zijn.

Even een kleine terugblik: een tijdje geleden schreef ik een blog over de tentoonstelling van Alexander Calder in het Haags Gemeentemuseum, en de daarbijhorende kindertentoonstelling 'De draad van Alexander' die Sieb had verzorgd. Sieb reageerde zelf op mijn blog, en vervolgens interviewde ik hem voor mijn opleiding Grafische Vormgeving.

Sieb is mijn inspirator. En niet alleen van mij, bleek gisteren tijdens de opening. Onder andere prinses Laurentien hield een toespraak, en hoewel de techniek haar in de steek liet, bleek ze goed te kunnen improviseren en was ze ook nog eens heel geestig. Daarnaast zei ze dingen die me raakten, zoals dat we in Nederland vaak bang zijn om ons talenten ten volle te benutten en wat een verspilling dat is.
Sieb is het voorbeeld van een man die niet zijn talenten verspild: hij tekent, schrijft, ontwerpt voor theater zowel kostuums als decors, en heeft nog heel veel creatieve plannen voor de toekomst. Sieb is zoveel ineen, hij laat zien dat schijnbare tegenstellingen naast elkaar kunnen bestaan: een 'positieve piekeraar'. Ook zei Laurentien dat ze hoopte dat we elkaar in dit land elkaars successen gunnen, zoals Sieb dat doet.
Prachtige toespraak. Eigenlijk was prinses Laurentien al mijn lievelingsprinses. Ik vind het mooi hoe ze zich inzet tegen het analfabetisme, en naast haar prinsessendingen nog tijd vindt om kinderboeken te schrijven over duurzaamheid: de serie Mr Finney, geïllustreerd door Sieb.

Vervolgens hield Bibi Dumon Tak een geweldig verhaal waarin ze Sieb neerzette als een unieke diersoort: 'de Sieb'. De Sieb is een veelvraat; hij wil alles en is alles. Kwetsbaar en robuust.
Je kunt je laten meevoeren door de lijnen van Sieb, maar vergis je niet: ze zijn steviger dan je in eerste instantie denkt. Je kunt er op leunen.

Eerlijk gezegd voelde ik me ontroerd, dankbaar, of hoe je het ook wilt noemen, om aanwezig te zijn bij een bijeenkomst met zulke creatieve en inspirerende mensen. En graag had ik nog even over de tentoonstelling willen lopen na het officiële gedeelte: maar er moesten keuzes worden gemaakt. Mijn opleiding is deze week weer begonnen, en als ik daar op tijd wilde zijn, moest ik de trein van half 6 nemen. Om vijf voor half 6 rende ik, op mijn hakken, richting station, om vervolgens om half 7 aan te sluiten in de schoolbanken.

Heel snel ga ik terug naar 'Een vijver vol inkt' - met Zoon, hoop ik, maar u weet hoe die over musea denkt - en koop dan ook de biografie over Sieb: 'Van toen, tot hier, en nu verder' van Joukje Akveld.

Geen beelden dus nog van de tentoonstelling, maar wel van een geweldig boek, dat ook een tip was van Sieb: Alice Adventures in Wonderland, met waanzinnige illustraties van de Japanse kunstenares Yayoi Kusama (1929).

Want ook een inspirator heeft inspiratie nodig.
Copyright illustraties: Yayoi Kusama

zondag 22 september 2013

prentje en de spullen, deel 2

Ik schreef er al eerder over; ik heb een extra baan tegenwoordig met het verkopen van spullen op Marktplaats.
Ik heb zoveel dingen dat het huis is dichtgeslibt. 'Gepassioneerd onthechten', noemt mijn collega dat zo mooi.
Het loslaten van dingen waar je ooit van hebt gehouden, of misschien nog steeds doet.

Mooi om te zien hoe er een spoor valt te trekken langs verschillende creatieve projecten die ik heb uitgevoerd.
Zo staat nu mijn naaimachine op Marktplaats, en een heleboel kekke lapjes. Ik heb het niet in me, dat werken op de naaimachine. Veel gedoe wel, lapjes op MP zetten. Strijken, meten, wegen: de zondag is voorbij voor je er erg in hebt.

Vandaag was het de beurt aan de poppenhuismeubeltjes. Weet u het nog? De fotoseries die ik maakte met de vintage Fisher Price clowns? In mijn enthousiasme heb ik zoveel poppenhuismeubels verzameld, dat ik een poppenhuisappartementencomplex kan meubileren. En omdat ik vermoed dat ik voorlopig geen tijd heb voor dit soort leuke, maar ook tijdrovende projecten, gingen de meubels vandaag op Marktplaats. Binnenkort volgen de houten poppetjes, ik maakte al een start met de dieren.

Vaak erger ik me aan de slechte kwaliteit foto's van veel producten op MP. Ik wilde het meubilair er goed op zetten, als een soort stillevens. Ik maakte wat setjes, en fotografeerde me drie slagen in de rondte.
En zal je altijd zien hè, nu probeer ik ze te plaatsen op de grootste verkoopsite, en hapert het systeem steeds bij ... jawel, de foto's.

Nou ja, zet ik ze toch nog maar een keer op mijn blog.
Als een soort afscheid.

Gepassioneerd onthecht.

woensdag 18 september 2013

prentje en het gomu feesje

Het is  weer  een mooie dag in gomustad de puppie denkt ik ga een feestje geven iederen mag komen
hij stuurde de  uitnodigingen rond eerst feest komithee regelen even later komen er dj 's bezorgingen
eten drankjes taart apparatuur en een bend dan zegt de puppie nu de gasten nog
dan komen er allemaal dieren aan zeehonden konijnen pinguïns vissen en noem maar op
iederen is verbaasd zelfs de dino staat met zijn mond vool tanden (ja maar dat doet i ook bij het eten)
iederen heeft het naar zijn zin dan komt de hamster puppy's beste vriend dit is echt een te gek feesje
en onze bend gaat nu spelen oké zegt de puppie .

(spelletje kun je 3 clown vissen vinden)


'Ik vind het wel weer eens tijd dat ik wat op je blog schrijf', zegt Zoon. We zitten aan tafel en hij kijkt met een vies gezicht naar zijn spaghettisaus. 'Gewoon eten', zeg ik automatisch. 'Ik ben toch een kínd', antwoordt hij, met gevoel voor dramatiek. Zucht. Dan storten we ons maar op het creatieve proces. Misschien dat we daar wel allebei energie van krijgen.

Onlangs is Zoon negen geworden, en hij is nog steeds in de feeststemming. We hij trakteerde op snoepvarkentjes, waarvan akte:
En dat inspireerde hem om een feestsituatie op zijn bureau na te bouwen met zijn Gomu-gummetjes. 
'Ik maak er wel even een foto van', zeg ik. 'Kritisch kijkt hij over mijn schouder mee.
'Misschien moet je meer inzoomen', oppert hij. 
'Zo?', vraag ik:
'Nee, ze moeten er wel allemaal op te zien zijn', zegt hij beslist. 'Wacht, ik doe het zelf wel.'

Met de camera om zijn nek loopt hij naar zijn kamer. Even later hoor ik hem driftig klikken.
'En nu nog wat muzieknootjes erbij', zegt hij gedecideerd. Ik teken wat nootjes in Photoshop. Niet goed genoeg, volgens de kritische director. 'Ik denk dat je wat van internet moet halen', tipt hij.
'De noten niet zo hoog plaatsen', klinkt het naast me. Mijn kleine Leeuwtje grijpt al naar de muis.
Zijn foto moet uiteraard bovenaan worden geplaatst.
'Prima, maar dan schrijf je het verhaal ook zelf', zeg ik een beetje mokkend. 'Bedenk eerst maar een titel.'
Met rode konen gaat hij achter de computer zitten. 'Mam, hoe schrijf je pinguïns?'

'Klaar!', hoor ik even later. 'Ik heb ook nog een zoekvraag toegevoegd', zegt hij glunderend.
'Eentje is echt moeilijk te vinden, man!' Hij wijst me de visjes aan, insiders onder elkaar.

Nou, u weet wat u te doen staat, dus.

Dit was een co-productie van prentje en Zoon. 

zondag 15 september 2013

prentje en het weekend alleen

De regen zwiept tegen de autoramen aan als ik vrijdagavond op de kronkelige kustweg naar het huisje rijd.
De ruitenwissers hebben het er maar druk mee.
Het is inmiddels donker buiten; het licht verdwijnt iedere dag wat eerder.
Ik ren van de auto naar het kleine hutje. Gelukkig heb ik weinig bagage bij me; alles ligt al in het huisje te wachten.
Ik steek de kaarsen aan, en zet flinke pot thee. Even overweeg ik de kachel op te stoken, maar het is al laat.
Met een plaid en een boek nestel ik me op de bank.

De volgende ochtend regent het nog steeds. Mijn boek is inmiddels uit, en ik heb geen brood in huis.
Ik ontbijt met chocoladecakejes die ik in de voorraadkast heb gevonden.
Ik ren weer naar de auto, en rij naar Alkmaar. Ik heb een missie vandaag: een nieuwe winterjas kopen.
Het is rustig in de stad. De meeste mensen blijven lekker binnen met dit herfstweer. Bij de Zara zie ik een geweldige jas, maar niet in mijn maat. Ik vraag aan de verkoopster of er nog een Zara in de buurt is. 'Niet echt', antwoordt ze. 'In Haarlem is de dichtbijzijnste. Maar je kunt ook via de webshop bestellen.'
Ik zoek nog even verder, maar alle jassen vallen in het niet bij Die Ene. Zal ik 'm via internet kopen? Maar dan weet ik niet meteen of hij past. En ik ben een prentje, dus ik wil hem nu Nu NU.

Resoluut stap ik in de auto om naar Haarlem te rijden. Toch best nog wel een eindje. Als ik de stad in rijd, zie ik dat alle parkeergarages vol zijn. Blijkbaar zijn veel mensen het thuiszitten toch zat. Ik blijf maar rondjes rijden, op zoek naar een plekje. Inmiddels heb ik ook flinke trek; het is een tijdje geleden dat ik iets heb gegeten. Binnensmonds vloekend blijf ik spieden naar een parkeerplek. Waarom heb ik 'm nou niet gewoon via de website besteld? Waarom maak ik het mezelf nu weer zo moeilijk?
Eindelijk zie ik een pleintje waar ik kan parkeren. 'Parkeren in de parkeergarage is voordeliger', staat er met een grote sticker op de parkeermeter. 'Ja, maar dan moet er wel plek zijn!', roep ik tegen niemand in het bijzonder. Ik moet geloof ik echt op zoek naar een broodje om mijn bloedsuikerspiegel weer wat omhoog te krijgen.
Maar eerst die Zara zien te vinden. Ik gooi mijn laatste kleingeld in de automaat. Ik heb precies een uur voor mijn missie.

Als ik eindelijk de Zara binnen struikel, heb ik nog een half uur. Ik kijk zo wanhopig spiedend rond dat ik de aandacht trek van de bewaker. 'Kijk, hij lijkt op deze', hoor ik een mevrouw zeggen. En daar is ie. Mijn jas. 'Hij is van mij', wil ik roepen, maar ik voel al de ogen van de bewaker in mijn rug prikken. Gelukkig, ze lopen weg. Ik pak de jas, ook nog eens mijn maat, en vergeet 'm bijna te passen. Snel trek ik 'm aan, hij zit prima, en loop er mee naar de kassa.
Op weg naar de uitgang groet ik de bewaker vriendelijk.

En natuurlijk kan ik mijn auto niet meer terugvinden. Maar ik ken mijn tekortkomingen inmiddels, en heb de straat waar ik 'm heb geparkeerd, in mijn hoofd geprent. Dankzij Google Maps voorkom ik een eindeloze zoektocht. Vijf minuten voor de parkeertijd af loopt, start ik de motor.

Als ik de stad uitrij, kom ik langs de Ikea. Ik geef een draai aan mijn stuur, en rij het parkeerterrein op. Even later zit ik achter een bord Zweedse gehaktballetjes. Om me nog een beetje een houding te geven tussen alle gezinnen en stelletjes, blader ik door een 101 Woonideeën van juni. En door een leuk Ikeaboek: Van Binnen naar Buiten. Ik maak snel een foto van een blije olifant:
Mijn Hipstamatic-rolletje voegt er zelf nog wat extra details aan toe, en even voel ik mezelf ook een blije olifant. Genietend van een fijne cocktail in de zon.
Als ik buiten kom, is het gestopt met regenen.

De volgende ochtend is het zelfs stralend weer. Ik fiets de 800 meter naar zee, en maak een lange strandwandeling. Op een terras bestel ik een latte macchiato. De eigenaar vertelt dat ze dit weekend weer gaan opbreken. Het seizoen loopt nu echt ten einde, ook voor mijn kabouterhuis.
Door de duinen fiets ik naar Bergen, waar ik in museum Kranenburgh de fototentoonstelling van Ata Kandó bezoek:
Snel fiets ik terug naar mijn huisje, de lucht betrekt alweer.

Ik was mijn theekopjes af en trek de deur achter me dicht.
Als ik in de auto stap, vallen de eerste druppels.

woensdag 11 september 2013

prentje en papa

 'Ik wil een fotoboek voor papa maken', zei Zus. Onze vader werd afgelopen zondag 85 jaar.
'Want eigenlijk is hij vooral nog geïnteresseerd in zijn kinderen en kleinkinderen.'

Zou dat zo werken? Dat, als je een bepaalde leeftijd hebt bereikt, in ziet wat werkelijk belangrijk is?
Dat je als het ware terugvalt op de essentie van het leven?

Ik ben een vaderskindje. Papa en ik gingen vroeger regelmatig met z'n tweetjes op vakantie. Hoe bijzonder dat is, realiseerde ik me pas later. Mijn moeder was niet zo reislustig, en mijn vader kon via zijn werk gebruik maken van goede reisaanbiedingen. Dus gingen we samen naar Londen, Parijs, en Berlijn. We zagen samen nog de Muur. In de zomer slenterden we met een ijsje door Venetië, en beklommen in de hitte de Akropolis in Athene. Onvergetelijke herinneringen.

Nu is hij 85 en kan alle ontwikkelingen in mijn leven niet meer helemaal bijhouden (maar daar heb ik zelf ook moeite mee).
En als ik zo afgelopen zondag naar hem keek, werd ik overstroomd door een gevoel van dankbaarheid. Van verschillende kanten hoorde ik deze week verhalen van mensen die hun vader plotseling moeten missen. Ik leef verschrikkelijk met ze mee. Want ik weet hoe diep de band tussen vader en dochter kan zijn. En ook Zoon en 'oude opa' hebben op hun beurt een hele sterke band.

Ik fotografeerde alle familieleden samen met hun vader, schoonvader, broer, zwager, echtgenoot en opa. Zoveel rollen, zoveel liefde.

Voorzichtig schuifelde hij terug naar het restaurant. Het lopen gaat hem niet meer zo goed af. Maar hij is er nog.

Hij is er nog.
En dat is het enige dat telt.   

dinsdag 10 september 2013

prentje en het weer

'Wat een leuke broek heb jij aan', zegt mijn collega. 'Dank', antwoord ik. 'Die heb ik noodgedwongen moeten kopen.'

Het was zo raar weer dit weekend aan de kust. Ik haalde Zoon vrijdag op uit school, om direct door te rijden naar ons huisje aan zee. De zon scheen uitbundig toen we aankwamen. Ik maakte het bed op, legde mijn bikini in de kast en zette een kopje thee.
Daarna was het tijd voor de boodschappen. Zoon en ik fietsten door de duinen naar de supermarkt een dorpje verderop. Zoon wilde graag nog even naar het Bezoekerscentrum van Staatsbosbeheer, dus daar hielden we een tussenstop.
Een beetje bezorgd keek ik naar de lucht. Ik was gekleed in een zomerjurkje met spaghettibandjes, en Zoon had alleen een korte broek aan. De medewerker zag mijn blik en zei geruststellend: 'hier in Schoorl regent het veel minder dan in de rest van het land. Eigenlijk regent het hier zelden', overtrof hij zichzelf nog even. Hij was nog niet uitgesproken of het noodweer barstte los. Rillend liepen we naar de brasserie. Stante pede betraden we de onderste regionen van de piramide van Maslow.  'De keuken is al gesloten dus ik kan je niets warms meer aanbieden', zei het meisje spijtig. 'Ik heb nog wel taart.'
Niet veel later zaten we aan de biologische perensap en de worteltaart (nou ja, ik dan hè. Zoon zat aan de Fristi en vindt worteltaart iets voor konijnen).

Het bleef maar stortregenen, en ze konden elk moment sluiten. 'Kom op', zei ik tegen Zoon, 'we trekken een sprint naar de enige kledingzaak in het dorp. En we gaan niet naar buiten voor we iets warms hebben gevonden'.
Als twee zielige verzopen katjes doken we even later 'Sunny & Djive' binnen (what's in a name?). 'Jullie hadden zo te zien niet op dit weer gerekend', lachte de verkoopster vrolijk. Als een boer met kiespijn lachte ik terug.
Ik trok een zilvergrijze broek uit het rek, en een zachte witte trui, die ik over mijn jurkje aantrok. Voor Zoon zocht ik fijn warm vest uit. Het voelde zo lekker aan mijn verkleumde lichaam, dat ik zo naar de kassa liep. 'We moeten je moeder maar op de toonbank leggen', grapte de andere verkoopster (snap nu waarom het Sunny heet daar, als je geen zonnig karakter hebt, word je gewoon niet aangenomen.)

Blij dat we weer helemaal opgewarmd waren, stapten we naar buiten.

Even zagen we niets.
Daarvoor scheen de zon te fel in onze ogen.  

vrijdag 6 september 2013

prentje en de spullen

Ik schreef er al eerder over; ik heb teveel spullen. Kasten vol jurkjes, zoveel rommelmarktvondsten dat ze niet meer op de planken passen; er moest iets gebeuren.
Want wat heeft een mens nou eigenlijk nodig? In ieder geval niet 3 retro circussen en 14 King Louie-jurken.
Daarnaast was ik door al het geren van de afgelopen maanden (in meerdere opzichten) een flink aantal kilo's kwijt geraakt, en flubberden de jurkjes om me heen. En ook mijn smaak was weer eens veranderd.
Tenslotte las ik een aantal artikelen over de veranderingen in de maatschappij. De crisis brengt met zich mee dat we anders naar spullen gaan kijken. 'Delen is het nieuwe hebben', zei Zomergast Daan Roosegaarde zo mooi vorige week in de Volkskrant.

Hoe leuk zou het zijn als ik anderen blij kon maken met artikelen die bij mij maar lagen te verstoffen?
Bakken vol lapjes waar ik ooit creatieve plannen mee had, maar die ik in de ijskast moest zetten omdat de naaimachine en ik geen match from heaven zijn. En leuk hoor, zo'n gehaakte babydeken met kleine gehaakte aardbeitjes, maar mijn eigen baby is inmiddels negen jaar oud. En las ik ooit wel eens een boek opnieuw?

Op een mooie zondagmiddag begon ik met fotograferen van wat dingen in huis. De boeken zette ik op Bol, en de rest ging op Marktplaats. Eigenlijk wilde ik ook een eigen webwinkel beginnen, maar dan moest dat er natuurlijk wel kek uitzien met een goede banner enzo, dus dat betekende dat ik daar weer een tijd mee bezig zou zijn: kortom, dat ging me niet snel genoeg.
Al snel kreeg ik reacties. Sterker nog, ik kreeg er bijna een baan bij. Zodra ik uit mijn werk kwam, racete ik naar het postkantoor (waar ze me inmiddels kennen) met stapels vol pakjes. Want ik vind het dan ook weer leuk om het mooi in te pakken hè.
Inmiddels leerde ik in rap tempo. Dat dat leuke pakpapier nogal de neiging heeft om te scheuren in de post, en dat ik dus alle kleren eerst in plastic moet verpakken. Dat het nooit precies te voorspellen is wat de verzendkosten zijn. En dat het geweldig is om mailtjes te krijgen van klanten die vertellen dat ze blij zijn met de spulletjes.
Inmiddels heb ik zelf een aantal vaste klanten die verschillende keren zijn terugkomen. Zo is de rok waar ik zo op gezwoegd heb tijdens mijn naailes en uiteindelijk te groot bleek, inmiddels ingenomen door een leuke vrouw één wijk verderop die een stuk behendiger bleek te zijn met de naaimachine.

Mijn huis en kledingkast werden inmiddels een stukje leger. Ik ging nu ook anders naar de dingen kijken om me heen. Droeg ik die jurk nog wel? En zou ik die naaimachine ooit nog gaan gebruiken?

Tot ik vorige week in de stad liep en bij de Tiger stuitte op een houten totempaal. Waren dat niet precies de kleuren van mijn Russische zeefdruk uit de jaren twintig? En worden Indianen niet het nieuwe thema voor het komende seizoen? En hoe leuk is die combi van hout met vilt?

Zucht.
Here we go again.