zaterdag 30 augustus 2014

prentje en de Single-Run

Wat aarzelend schuif ik naar de balie om mijn rugnummer op te halen. Waarom, waarom, heb ik mezelf hiervoor opgegeven? Waarom moet ik dit soort dingen toch altijd van mezelf? Ik had nu ook lekker op de bank kunnen zitten met een kopje thee.

Een jaar geleden. Ik word wakker van Edwin Evers, die de organisator van de Single-Run interviewt. Een hardloopavond voor sportieve singles, die vijf of tien kilometer willen rennen, om daarna te gaan swingen. 'Leuk initiatief', denk ik nog wat slaperig.

Een week geleden. Ik ren mijn vaste rondje door het park. 'Doe mee hier volgende week met de Single-Run' lees ik op het bord, dat normaal de rondetijden aangeeft. Zonder er al te veel gedachten aan te wijden, geef ik me op.

En daar sta ik nu dus, in het sportcentrum. Ik kreeg ook niemand mee, dus ik moet het ook echt in mijn eentje gaan doen. 
Omdat ik me niet zo goed een houding weet te geven, hou ik mijn oortjes in en luister alvast naar mijn hardloopmuziek. 'Goed bezig, prentje', zeg ik streng tegen mezelf. Fijn communicatief ook. 

Opeens stapt er een vrouw met een grote bos wilde krullen op me af. 'Jij bent je lekker aan het afzonderen?', lacht ze, dwars door mijn beschermmuur heen. Ik haal mijn oortjes uit mijn oren en ben er weer. 

Achter de fanfare aan lopen we naar het park voor de warming-up, als een bonte, ongemakkelijke stoet.  
Terwijl we oefeningen doen, ben ik mijn renmaatje alweer kwijt. Die vrouw straalt zoveel energie uit dat ze met iedereen contact kan maken. Ik zie de mannenharten smelten om me heen. 
Ik voel de onzekerheid van het begin van de avond weer een beetje terugkomen en begin maar met rennen. 'Wat heb ik te verliezen?', zeg ik tegen mezelf. 'Ik loop een rondje hard en dan ga ik gewoon weer naar huis.' Onder het rennen luister ik naar de gesprekken van de deelnemers om me heen. Ook wel lekker om even niet te hoeven praten. 

Bij de tussenstop duikt de blonde krullenbos weer op. We hebben elkaar opnieuw gevonden.  
Een vrouw met een opschrijfboekje staat opeens voor onze neus. Of ze ons mag interviewen voor de Telegraaf? Ik aarzel even. 'Natuurlijk', roept mijn nieuwe vriendin. 'Vraag maar raak, hoor.' 
Wat moet dat heerlijk zijn als je zo spontaan bent. 
De journalist roept de fotograaf er bij, en voor ik het weet, staan we op de foto. O my, misschien sta ik wel in de krant maandag. Dat zien we dan wel weer, besluit ik dapper. 

Inmiddels zijn we de hele groep kwijt, en dwalen we giechelend samen rond in het park. Dat ik vlakbij het park woon, zegt niet zoveel, want zoals u inmiddels wel weet, raak ik overal de weg kwijt. We wisselen ervaringen uit alsof we elkaar al jaren kennen. 

Uiteindelijk vinden we de sportschool weer. Opeens realiseer ik me dat ik helemaal geen andere kleren bij me heb. Snel race ik naar huis om onder de douche te springen. Ik trek het eerste jurkje aan dat ik tegenkom in mijn kast en fiets weer snel terug. Nu wil ik dansen ook.

En dat doen we. We dansen, en dansen de hele avond door. Wat heb ik dit gemist. Ik voel me stralen als een straalkacheltje. Ik heb leuke gesprekken met heel uiteenlopende mensen en we blijven met een klein groepje over tot de lichten onbarmhartig aangaan. Uiteindelijk nemen we buiten bij de fietsen afscheid, maar niet voor we hebben afgesproken om nog een keer uit te gaan. 
Fijn om er een stap-vriendinnetje bij te hebben met het charisma van de zon. Wat extra stralen zijn altijd mooi meegenomen. 

Blij fiets ik naar huis. Ik had inderdaad ook op de bank kunnen blijven zitten.
Maar dan had ik wel een geweldige avond gemist. 

donderdag 28 augustus 2014

prentje en de letters

'Dit moeten we vaker doen', zeg ik tegen vriendin P.
Ik heb nog net niet mijn mond vol Zweedse gehaktballetjes.

Vriendin P en ik hebben elkaar vorig jaar ontmoet in een klimbos aan de andere kant van het land tijdens een niet al te beste periode van ons leven - voor allebei. P bleek twee kilometer bij me vandaan te wonen, en een kilometer van mij te werken.
Na de klimpartij dronken we gezamenlijk een borrel en sloten we vriendschap.

Toen ik vorige week een heftige en verdrietige week had, stond ze op de stoep met eten voor twee dagen. 'Ik heb geleerd van je verhuizing', zei ze lachend. 'Jij vraagt niet om hulp, hulp moet je bij jou opdringen.'
Ach ja, mensen komen niet niet voor niets op je pad, denk ik dan maar weer.

Maar goed, een week later hebben we afgesproken bij Ikea. Onze kindjes zijn met de papa's in het buitenland op vakantie, en we zijn allebei geen keukenprinsessen. Bovendien wil ze graag stylingadvies van me, en ik wil een wissellijst.

Dat van die wissellijst is een lang en treurig verhaal dat ik toch met u ga delen. Ik was al een tijdje op zoek naar een fijne typografieprint voor mijn slaapkamer: ik hou van letters, ook voor in huis. Niet al te corny, maar gewoon, een leuke tekst, in een goed lettertype, zoals je ze regelmatig op Pinterest en in de woonbladen voorbij ziet komen.
Stad en land afgelopen, maar nergens te vinden, behalve dan bij Etsy. Daar zag ik een leuke, maar wel behoorlijk aan de prijs. Er was nog een lokkertje van drie voor de prijs van twee, maar dan moest je drie dezelfde formaten bestellen. Maar hé, nog een actie: geen bezorgkosten vanuit Engeland.
Na een zondagavond wikken en wegen ging ik voor bovenstaande grote print.

Op maandagochtend bladerde ik het foldertje van mijn favoriete bouwmarkt Karwei door en zul je altijd zien: daar hadden ze ook opeens typografieposters. Voor een fractie van de prijs die ik er inmiddels voor had betaald aan een aardige meneer in Engeland.
Toch maar twee kleintjes mee genomen, in afwachting van de grote jongen. Maar hoe ik ook wachtte: elke keer reed het bezorgautootje mijn huisje voorbij.

Inmiddels begon ik enigszins ongerust te mailen met meneer Etsy, maar daar bleef het angstvallig stil. Ondertussen kon je overal in Nederland typografieposters kopen, tot de Xenos aan toe.
Het is alleen nog even wachten op de Blokker.

Eindelijk kwam er toch antwoord van de andere kant van de plas. Nee, meneer Print begreep er ook niets van, meestal duurde het niet zo lang.

Dus zo sta ik in de Ikea, te wikken en wegen of ik nu al een wissellijst mee zou nemen. Want stel je voor dat de poster nou nooit doorkwam? Dan zit ik weer met een grote lege lijst.
En ik durf niet meer naar de klantenservice van Ikea, omdat ik daar sinds mijn verhuizing iedereen bij naam ken. Als ik aan kom lopen, kruipen ze nog net niet onder hun desks.

Dus focus ik me maar op het stylingadvies aan vriendin P. Ik ben van vele markten thuis, weet u inmiddels. Voor het eerst verlaat ik de Ikea zelf met lege handen. Om bij thuiskomst een kaartje van de bezorger in mijn brievenbus te vinden, dat hij vanavond langs is geweest, maar hij me helaas niet thuis aan heeft getroffen.

Nou, en de volgende dag is ie er dan eindelijk hoor, de dure typoprint. Hij was lang aangehouden bij de douane, en of ik nog even 21 euro invoerrechten wil betalen aan de bezorgmeneer.
Blijf daar maar eens awesome onder.

Verbeten stap ik weer in de auto op weg naar Ikea. Want dan kan ik dus niet meer wachten hè, zo zit ik nu eenmaal in elkaar. Vriendelijk zwaai ik naar mijn vrienden bij de servicedesk en loop bij de kassa's de winkel binnen. Want wij hebben inmiddels het grootste filiaal van heel Nederland, en ik heb mensen uitgeput aangetroffen in het magazijn, smekend of ze er nu eindelijk doorheen waren. En de lijsten zitten vlak voor het magazijn, dus dat scheelt me gauw weer een kilometer of vijf.

Vol gas rij ik naar huis met mijn lijst. Om thuis tot de ontdekking te komen dat ie niet past.

Zul je zien dat ik ook nog een boete heb gekregen voor te hard rijden.

maandag 25 augustus 2014

prentje en de tiener


'Ik begin al een beetje een oude man te worden', zegt Zoon terwijl hij zich op de bank nestelt.
Het is twee dagen na zijn tiende verjaardag. Glimlachend kijk ik hem aan. Mijn tiener. Ik ben moeder van een tiener. Tien jaar moeder.

Op zijn verjaardag was hij bij zijn papa. 's Ochtends belde ik 'm op. Hij was blij met zijn nieuwe fiets, ons gezamenlijke cadeau. Ik moest even wat wegslikken. De eerste verjaardag dat ik er niet bij was toen hij wakker werd.
Ik legde de telefoon neer, en stapte in de auto op weg naar mijn werk. Voor ik bij de snelweg was, nam ik de afslag naar links. Even een live verjaardagsknuffel brengen.

Het hoort er bij, als je co-ouder bent. En dan ben ik nog in de gelegenheid om snel langs te gaan. Of om gezamenlijk 's avonds zijn verjaardag te vieren, inclusief ex-Man en Zoon's Verloofde sinds-jaar-en-dag, nadat ze een heerlijke verjaardag op de Spelerij hebben beleefd.
Hij heeft gelukkig ook een papa die er aan denkt om verjaardagskaarsjes mee naar de Spelerij te nemen, inclusief lucifers, en een foto stuurt terwijl ik op mijn werk zit. Zo ben ik er toch een beetje bij die dag.
En natuurlijk kan ik een paar dagen later thuis met hem zijn verjaardag nog eens dunnetjes over doen. Maar toch.

Gelukkig kunnen we terugkijken op een heerlijke vakantie met z'n tweetjes. Twee weken in het kleine huis aan zee, twee weken in de zon.
De dagen hadden hun eigen ritme. We werden laat wakker, ik haalde wat boodschappen voor de dag. Na de lunch liepen we door de duinen naar zee. We namen een drankje op ons favoriete terras, speelden in de golven met z'n surfboard, haalden een ijsje en liepen weer terug. Aten een simpele maaltijd, keken een Deense serie samen op dvd en gingen slapen. Niets bijzonders en toch zo bijzonder.

'We hebben het goed voor elkaar hè, samen', zei Zoon op een dag toen we door de duinen liepen. Getroffen keek ik hem aan. 'Ja, we hebben het goed voor elkaar samen', antwoordde ik, terwijl we verder liepen. Voor het eerst sinds lange tijd voelde ik weer wat vonkjes geluk.

'Eigenlijk is dit de relaxte vakantie die ik in jaren heb gehad', zei ik tegen hem terwijl we ons even later op het strand installeerden.
'Zo is het maar net, meid', antwoordde hij.

Soms lijkt het of hij honderd is geworden, in plaats van tien.

donderdag 14 augustus 2014

prentje en Nichtje

Ik heb een prachtig Nichtje. Ze is geestig, lief, koppig, mooi, eigenwijs en ze heeft Downsyndroom.
Of zoals wij het altijd zeggen: 'ons downtje'.

Ze is een verrijking van onze familie. Heel puur, zonder masker, zondere dubbele bodem, zonder sociaal wenselijk gedrag.
Haar emoties komen recht uit haar hart. Als ze boos is, is ze boos. Als ze blij is, is ze blij.
En gelukkig is ze heel vaak blij.
Daarnaast: niemand kan zo goed troosten als zij.
En je kunt goede gesprekken met haar voeren, omdat ze vaak vraagt: 'hoezo?'.
Op die manier kom je tot de essentie van dingen.
Gelukkig is ze mijn buurvrouw van het huisje aan zee, waardoor ik haar regelmatig zie.

Nichtje heeft ook een geweldig gevoel voor humor.
Toen vriendin A wegging met haar dochter waar ze zo fijn mee had gespeeld bij het huisje aan zee, verzuchtte ze: 'pfff, eindelijk…'
Het is niet duidelijk wie dan het hardst lacht, Nichtje of wij.

Toen Broer met haar naar een pretpark ging waar ze ieder jaar naar toe gaan en ze bijna op hun bestemming waren, zat ze te huilen in de auto.
Geschrokken keek Broer haar aan. 'Wat is er, lieverd, waarom heb je tranen?'
'Dit zijn tranen van de geluk', antwoordde ze.

Aan het eind van mijn vakantie was ze wat stilletjes. 'Ik ga je missen', zei ze zachtjes.
'Het wordt stillig zonder jou.'

Het is ook stillig zonder jou, lief Nichtje. Ik kom gauw weer naar het huisje aan zee.

zondag 10 augustus 2014

prentje en Sieb

Het was halverwege mijn vakantie in het kleine huisje aan zee. 
Met één oog keek ik naar Saskia Noort als Zomergast, met het andere keek ik op Facebook op mijn mobiel. 
'We gaan je missen Sieb, de kinderen niet het minst', las ik op mijn timeline. Even hoopte ik nog dat het een berichtje was van een vriend, waar je misschien de vakantie mee had doorgebracht. Tegen beter weten in, want eigenlijk voelde ik het al. Paniekerig probeerde ik ondanks de slechte internetverbinding in de duinen meer informatie te vinden. De tv zette ik uit. 'Sieb Posthuma' goochelde ik, en kwam op Wikipedia terecht. Opeens las ik over je in de verleden tijd en stond de datum 3 augustus achter je naam. Dus toch.

Twee jaar geleden schreef ik op mijn blog over een tentoonstelling van Alexander Calder en van jou in het Gemeentemuseum in Den Haag. Tot mijn verbazing reageerde je daar zelf op. Vanaf dat moment hielden we contact, digitaal en af en toe over de telefoon. Het was me opgevallen dat je (toen nog) geen eigen website had. 'Misschien moet ik je PR maar gaan doen', opperde ik, maar daar had je net een maand daarvoor iemand voor aangenomen. 'Je zou het wel goed kunnen', lachte je.
Toen ik voor mijn opleiding Grafische Vormgeving een presentatie moest houden over een kunstenaar die me inspireert, hoefde ik dan ook niet lang na te denken. Je reageerde direct enthousiast. 'Tuurlijk, kom langs, dan zien we elkaar eindelijk eens een keer in het echt', antwoordde je. 

Toch een beetje nerveus belde ik aan bij je studio aan de Herengracht. Binnen een minuut waren mijn zenuwen verdwenen; er was meteen die klik, die herkenning. We praatten over schoonheid en onze jeugd. Over de natuur. We bleken allebei gek te zijn op de omgeving van Bergen en Schoorl, waar ik mijn kleine huis aan zee heb. Over inspiratie, op allerlei manieren en gebieden. En dat alles soms zo heftig binnen komt: geuren, beelden, kleuren. Waren we toen maar dieper ingegaan op die schaduwzijde. Dat het wit alleen maar zo kan schitteren omdat het afsteekt tegen het donkere zwart.
Later las ik in een reactie van jouw vriend en fotograaf Reinier van der Aart: 'Toen ik je vroeg of ik dat donkere niet mocht verbeelden was je "als een kind zo blij".' 
Had het maar meer gedeeld, Sieb. Niemand kon zo stralen als jij, maar je hoefde toch niet voor iedereen alleen maar te stralen? Je was zo geliefd, ik weet zeker dat je er met je vrienden over had kunnen praten. Dat ze het hadden begrepen. Want het zijn vooral de creatieve, intelligente en gevoelige mensen die worstelen met angst- en/of depressieklachten. Meestal niet de heel nuchtere, 'doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg' mensen. Maar die beleven ook de schoonheid niet zo intens.  

Bij het afscheid signeerde je een boek voor Zoon en mij. 'Wat leuk om elkaar te ontmoeten en wie weet komen we elkaar een keer tegen bij het wandelen in Schoorl.'

'Niet huilen mama', probeerde Zoon me te troosten. 'Soms is het niet erg om verdrietig te zijn', antwoordde ik, terwijl ik tegen hem aan kroop. Ik dacht aan een zin die ik las op de Facebookpagina van Ton, je man. 'Ik wens je alle tranen die nodig zijn'. Wat moet zijn gemis intens zijn.
'Je voelde je verbonden met Sieb hè mam', zei Zoon zachtjes.  

Ja, ik voelde me met je verbonden. Je was een van de meest inspirerende mensen die ik ooit heb ontmoet. Zo mooi, zo lief, zo gevoelig. Wat was ik trots op je tijdens de boekpresentatie 'Van toen, tot hier en nu verder', en de opening van je eigen tentoonstelling in het Kinderboekenmuseum in Den Haag. Het is zo'n eer om je gekend te hebben.

Het is niet meer mogelijk om je tegen te komen tijdens een wandeling in Schoorl. 
Nooit meer.