donderdag 30 april 2015

prentje en de film

Zoon heeft twee weken Meivakantie, en ex-Man en ik hebben de dagen verdeeld. Vandaag 'had' ik hem.
De Grote Uitdaging blijft altijd om iets te vinden wat we allebei leuk vinden.

Ik had weken geleden al in mijn agenda genoteerd dat er een tentoonstelling van de Zuid-Afrikaanse kunstenaar William Kentridge in EYE zou komen, en vorige week is zijn expositie 'If We Ever Get To Heaven' inderdaad geopend.

Speciaal voor het filmmuseum EYE ontwikkelde Kentridge ' 'More Sweetly Play the Dance', een bijna vijftig meter lange fries van bewegende beelden.
Daarnaast draaide de laatste animatiefilm van de Japanse Studio Ghibli (onder andere bekend van 'Spirited Away'). Reden genoeg om naar Amsterdam af te reizen.

Het lastige van een blog is dat het vrij statisch is.
Het doet de tentoonstelling te niet om deze alleen te beschrijven en te fotograferen.
U moet het ondergaan.
Voelen wat het doet als de lange stoet voorbij komt, op hypnotiserende muziek.
Naast bovengenoemde fries zijn er nog een aantal andere films van de kunstenaar te bewonderen, met onder andere ontroerende houtskooltekeningen. 
Zoon en ik waren allebei geraakt, en toen moesten we nog naar de film: When Marnie Was There, die alleen al vanwege het laatste liedje 'Fine On The Outside' van Priscilla Ahn meer dan de moeite waard is.
In het museumwinkeltje kon ik het niet laten het grappige boekje 'Film in 5 seconden' mee te nemen.
Honderdvijftig films gevangen in enkele pictogrammen, een ideale quiz voor bijvoorbeeld een regenachtige zondag.
Doet u even mee?
Film gaat over verbeelding, over andere werelden, over kunst, vriendschap, liefde, ontroering, (h)erkenning. 

Zoveel schoonheid onder één dak; mijn liefje, wat wil je nog meer?

vrijdag 24 april 2015

prentje en het bitterzoete weekend

Het begon op zich best goed.
Ik ging zaterdag dapper alleen naar mijn huisje aan zee, het kleine autootje vol geladen met tassen om voor het eerst dit seizoen een weekend door te brengen.
Hoewel het prachtig weer was, maakte ik toch een tussenstop in Alkmaar bij First or Second, de winkel van April and May, en al een tijdje bovenaan mijn ijstje.
O my, die winkel is zo prachtig dat ik maar niet begonnen ben met fotograferen, omdat ik dan aan de gang zou blijven. En als ik fotografeer, beleef ik het soms minder intens; ben ik minder in het moment.
Ze hadden uitverkoop, ook dat nog. Onder andere op een van mijn favoriete merken Muuto (veertig procent!). Ik kocht een kleine vogel, die nu de grote vogel (die ik van ex-Man cadeau kreeg voor mijn verjaardag) gezelschap houdt:
En het prachtige vaasje van keramiek van Serax, te zien op de bovenste foto.
En op het laatste moment gooide ik ook nog de houten 'druppels' en roze ronde knop van Muuto in mijn mandje (had ik wel een mandje?), want hee, hoe vaak gebeurt dan nou, 40% off?
(Zoon presenteert inmiddels het weerbericht voor mijn 'kunstwand': de druppels staan voor regen, de rondjes voor zon; zo hebben we er allemaal op ons eigen manier plezier van).

Nadat ik boodschappen had gedaan in Schoorl, reed ik door naar het Kleine huis aan zee. De loodgieter was op mijn verzoek langs geweest; de kachel deed het weer, net als de geiser.
Ik zette water op voor de thee, maakte het bed op, ruimde de kasten in.
En toen sloeg het toe, ontnam me de adem. Als een monster die op een hoekje wacht.
De eenzaamheid.
Ik pompte mijn banden op, fietste naar Bergen. Maar het leek of het kunstdorp gevuld was met happy couples en blije gezinnen. Ik kocht in de Eerste Bergensche Boekhandel het nieuwste boek van Jens Christian Grøndahl - Portret van een man - een van mijn Deense lievelingsschrijvers, en fietste snel terug naar mijn kleine schuilplaats, waar ik me liet troosten door zijn prachtige zinnen. 
Ik las tot het kouder en kouder werd, warmde een kop soep op, en zette de kleine gaskachel wat hoger.

De volgende ochtend werd ik na een koude nacht wakker. Ik had twaalf uur achter elkaar geslapen.
Langzaam, alsof ze alle tijd had, probeerde de zon door te komen. Ik maakte een lange strandwandeling, en keek naar de mensen om me heen.
Een groepje die met elkaar witte ballonnen opliet, twee grote en een heleboel kleintjes.
Een gezelschap met allemaal dezelfde soort honden.
Alles kan een mens verbinden.
Of niets, want ik liep ook achter een echtpaar vol ingehouden woede, die als een tastbaar aura om hen heen hing.

Ik liep terug naar mijn kleine huis, en keek op mijn telefoon. Tot mijn schrik zag ik dat de Sample Sale van mijn lievelingsmerk Vanilia al om half 1 begon in plaats van half 3.
Maar deze omgeving vraagt niet om haast.
Dus reed ik rustig naar Zaandam voor de Sample Sale, die plaats vond in een oude fabriek (die ik uiteraard niet kon vinden, en ik was inmiddels ook uit mijn rustgevende omgeving, dus de stress nam toe).
Ik had nog 25 minuten om mijn slag te slaan.
Als een idioot begon ik kledingstukken uit de rekken te trekken. Dit was topsport. Ik zag mensen om me heen met een mandje, maar had niet de tijd om op zoek te gaan naar de plek waar ze deze vandaan hadden. Het was warm, ik had dorst. Ik had nog tien minuten om te passen. De paskamer was een afschermde ruimte waar een stuk of vijftig vrouwen in lichte paniek in ondergoed het een naar het andere kledingstuk over hun hoofd trokken. 'Welke teint staat beter bij mijn huid?', vroeg een vrouw naast me. Ze hield twee shirts voor haar gezicht. 'Ik weet het niet, misschien kun je het beter aan haar vragen', antwoordde ik gehaast terwijl een verkoopster langs liep. 'Ze zijn negen euro, waarom zou je kiezen?', hoorde ik haar nog antwoorden, voordat ik naar de kassa racete.
'Je mag wel voor hoor', zei een lieve mevrouw voor me, die wel een mandje had bemachtigd. 'Volgens mij is het zwaar, zo alles op je arm.'

Uitgeput zakte ik neer in het café van Loods 5. Mijn telefoon maakte een geluid, dat kon ik nog net regisseren. 'Kom je zo bbq'en?' appte vriendin T.
Dankbaar keek ik naar mijn telefoon.
'Graag', appte ik terug. 'Ik doe hier nog even snel een rondje en dan rij ik gelijk naar jullie toe.'

O, en toen hadden ze nog een dekbedovertrek van Hay in de uitverkoop.
En werd ik op de kunstafdeling verleidt door de muziek van Lotte van Dijck, die ik alleen als illustrator kende, maar dus een multitalent bleek te zijn.
En ja, ik ben dus die laatste Nederlander die nog cd's, boeken (en dvd's) koopt, en dus niets download. 
Want ik hou van de geur van een nieuw boek. Het ritselen van de bladzijde als ik omsla. 
Ik word blij van een mooi hoesje. Ik geniet van een boekje met de songteksten uitgeschreven. 

En geef me graag over aan de helende werking van muziek, literatuur, kunst, vormgeving en de natuur, zoals verse bloemen en een prachtig veertje voor mijn deur.

Het is opnieuw weekend. 
Kom maar op. 
Ik kan je hebben. 

woensdag 15 april 2015

prentje kijkt anders

'Ik wil graag die konijnencactus op mijn kamer', zei Zoon.
'Je weet wel, waar dat konijn net omhoog piept. Die met die oren.'
Hij hoefde het niet meer uit te leggen, ik wist na de eerste zin al welke hij bedoelde.
Hij heeft het ook. Hij kijkt ook op een andere manier.
Vol verbeelding.

Voor wie anders kijkt, is zelfs de kleine Petteflet een groot avontuur.

zondag 12 april 2015

prentje en het Scandinavisch design

Bijna begon ik aan mezelf te twijfelen. Was ik nu toch een designsnob geworden?
Want was ik blij met mijn laatste aanwinsten: de houten vogel van Normann Copenhagen die ik van ex-Man voor mijn verjaardag kreeg; de grijze Muuto lamp (verjaardagscadeau van mijn ouders) en het bijzettafeltje van Hay (cadeau van mezelf).
Ik hou van Scandinavisch design: het heeft precies de goede ranke, frisse, minimalistische-maar-toch-warme look.
Maar zou dat betekenen dat voortaan alleen (toekomstige) designklassiekers de voordeur van de Petteflet zouden passeren?
Je zou van minder in een existentiële identiteitscrisis raken.
En het is al zo vaak tobben.
Hoe kan het nou dat ik van stoere skulls hou en van bleekroze?
Of is juist die combinatie die het 't doet?
Ik vermoed dat laatste.

U kunt opgelucht ademhalen: ik blijk toch geen designsnob te zijn.
Want wat werd ik gisteren gelukkig toen ik samen met Zoon door Ikea dwaalde.
We ontbeten er, gingen door voor de lunch en dronken er uiteindelijk nog thee.
Wat bleek: ik was even vergeten dat ik in een grote opruimwoede afgelopen herfst al het textiel voor mijn kleine huis aan zee had weggedaan.
Eigenlijk geen plek voor in de Petteflet, en het begon ook aardig muf te worden.
'Goede reden toch om weer leuke nieuwe spulletjes te kopen?', zei Zoon opgewekt - hij zal niet de reden zijn voor een langdurig voortbestaan van de economische crisis.
Uit solidariteit met de medebezoekers van de woonwinkel haalde hij zelfs een gaaf dekbedovertrek wat naar voren ('want het zou toch sneu zijn als andere mensen er naast grijpen?').
Hetzelfde dekbedovertrek overigens dat hij ervoor in onze eigen kar had gegooid.

Toen we thuiskwamen, bleek juist opnieuw de kracht in de combinatie te zitten.
Want het bijzettafeltje van Hay bleek het extra goed met de cactusjes van Ikea te doen.
(En inspireerde me tot het toevoegen van wat kleurspetters aan mijn plantenprint).
De eenzame vogel kreeg gezelschap van nieuwe voorraaddozen uit het Zweedse woonwarenhuis.
Zoon tot slot was dolgelukkig met zijn nieuwe fleurige dekbedovertrek inclusief kussens, en ook met zijn voorraaddozen van Olle Eksell, de grafische ontwerper die Ikea inspireerde tot de nieuwe kindercollectie:
Hmm, toch weer design dus.
Of houden we gewoon van mooie, liefdevolle ontwerpen?
Of het nu van een designmerk, een warenhuis of zo uit de natuur komt?

dinsdag 7 april 2015

prentje en de illustraties

O, zaten er maar 48 uur in de dagen. Ik vind mijn baan leuk, absoluut. Maar waar ik zo verschrikkelijk echt door geraakt word, is kunst. Kunst in de breedste zin van het woord. Zo'n still uit een film als hierboven, daarvan schieten me de tranen in de ogen. 
Omdat er zoveel emotie wordt overgedragen door zo weinig. 

Even terug. Twee weken geleden ging ik met vriendin T naar het Holland Animation Film Festival.
Vriendin T had de film Songs of the Sea uitgekozen. Nu ben ik normaal gesproken een enorme controlfreak als het gaat om het uitkiezen van een film (heeft iets te maken met die 24 uur in een etmaal), maar ik weet dat ik dit aan T kan overlaten.

Maar voor we naar de film gingen, bezochten we eerst de KunstStripBeurs. Waar we allebei verliefd werden op de uitgaven van Gestikt. STIK is een magazine, gerealiseerd door Almas Pieters en Sigrid Spier. Ik citeer even: "Het is een platte galerie in de vorm van een beeldbundel. STIK geeft de mogelijkheid eigen werk te tonen en interacties aan te gaan met andere kunstenaars en ontwerpers. STIK wordt verspreid door middel van abonnementen en losse verkopen. Stik komt 4 x per jaargang uit. Een abonnement voor vier nummers kost 35 euro binnen Nederland."
'Maar een jaargang hoeft niet per se een jaar te duren, dat kan ook langer zijn', lacht een van de initiatiefnemers achter het kraampje. 'We garanderen echter dat de abonnees altijd vier edities krijgen'.
Ik weet niet waarom, maar het ontroert me simpelweg dat twee vormgevers honderden magazines letterlijk in elkaar zitten te stikken, uit liefde voor het vak.
T en ik zwichtten allebei voor nummer 23 uit jaargang 6:
En toen stond ik ook nog te dralen bij The Beast of Night Black Hill, een boekje van Paula Kempker.
'ein comicbuch über selbstzweifel, das böse, freundschaft und Fischsuppe', lees ik net op haar website. 
Nou, dan heb je me natuurlijk. Maar eigenlijk had ze me al bij de cover:
En toen ik ging bladeren, was ik verkocht:
Het was het enige boekje zonder prijskaartje, maar ik was dus al verkocht.
'Ze is even zelf over de beurs lopen, maar doe maar een tientje', zei haar buurvrouw.
Verkocht, zei ik al hè.
Ik was dus al helemaal in mijn knollentuin, en toen moest de film nog beginnen:
O boy, o boy. Een film waarvan je elk beeld wilt stopzetten, om uren te bestuderen.
Nu overigens ook in de Nederlandse uitvoering te zien in de bioscopen, dus ik heb een tienjarig excuus om 'm nog een keer te zien.
'Zag je hoe de oude vrouw weer 'heel' werd toen de flesjes met daarin de emoties opgesloten, kapot vielen op de vloer en zo bevrijd werden?', zegt vriendin T.
Getroffen kijk ik haar aan.
'Jij bent voor mij het beste gezelschap om naar zulke films te gaan', antwoord ik. Want jij ervaart dit op dezelfde manier. Hebben we ook nog eens plezier van die hoogsensitiviteit.'

En dan heb ik net nog niet eens nog gehad over Move on, de animatietentoonstelling in Amersfoort waar ik het weekend erop naar toe ging, onder andere voor een lezing van Job van Job, Joris en Marieke:
Ik zei het al, 24 uur is te weinig.

Niet alleen om zoveel liefde voor het vak te ontdekken, maar ook om het met u te delen.