zaterdag 30 mei 2015

prentje en de inspiratie

We zitten tegenover elkaar aan tafel, Zoon en ik. De ruimte tussen ons bezaaid met spullen. 
Zoon zit te stempelen, ik ben bezig met knippen. 
Door alle tentoonstellingen die ik de laatste tijd heb bezocht, en de boeken die ik heb gelezen over grafische vormgeving, heb ik mega-veel inspiratie opgedaan en loop ik helemaal over. 
Door Matisse ben ik into de knipkunst. 
Door Of Course! - het boek over het werk van Olle Eksell - gefascineerd door de vormgeving van de fifties
Nou, en dan krijg je dit dus als resultaat:      
Het wil in eerste instantie niet helemaal lukken. Ik zit een beetje voor me uit te mopperen. 
Zoon kijkt op. 
'Je had het deze week toch over fuck perfect mama; waarom pas je dat dan niet op jezelf toe?' 
Getroffen kijk ik hem aan. 
Ik vraag me zo vaak af wie nou het meest van wie leert.

De tafel ligt nog steeds vol. 'Zullen we maar op de bank eten?', vraag ik Zoon.
Glunderend kijkt hij me aan.
We houden even een creatieve eetpauze. 
Ik kijk naar hem, zoals hij daar op de bank zit, omringd door zijn knuffels. 
De beren kijken gelukzalig. 
Zij zijn vandaag uitverkoren om te fungeren als Superhelden.

Ik hou van deze leeftijd. 
Het ene moment legt hij nog zijn tand onder zijn kussen - voor de tandenfee - en kan hij alleen maar slapen als al zijn knuffeldieren bij hem in bed liggen.
Het volgende moment houdt hij een gloedvolle pitch voor een zaal vol ouders en buurtbewoners, over het nieuwe schoolplein. 
'We hebben het ontwerp goedgekeurd, maar ook foutgekeurd', zegt hij. 
'We stonden niet achter alle plannen van de architect.' 
'Ik vind het heerlijk om de mensen te laten lachen in de zaal', vertelt hij na afloop. 

De volgende dag is hij als vertegenwoordiger van de Kinderraad aanwezig bij de Gemeenteraad op het stadhuis in Utrecht, over hetzelfde schoolplein. 
'Ik ben diep gegaan', zegt hij als hij weer thuis is. 
De burgemeester had wel humor, vond hij. 
Hij heeft tot vier keer toe iets verteld in de microfoon. 
Dat de camera van de plaatselijke omroep op hem gericht was, vond hij alleen maar leuk. 
Na afloop kreeg hij een high five van de burgemeester.  
Om vervolgens zijn knuffels zorgzaam toe te dekken.
Hij heeft de politiek even gelaten voor wat het is; en zit vandaag dus tegenover me aan tafel. 
Niet voor lang, want de iPad met de You Tube-filmpjes is toch ook wel heel aanlokkelijk. 

Ik ga nog even door. Niet veel later staat hij weer naast me. 
'Kun je ook iets maken van een cactus?', vraagt hij. 'Bijvoorbeeld van papier, en dan met saté-prikkers? '
Volgens mij kan jij dat zelf heel goed', antwoord ik. 'Ik wil nog wel een stempel maken van onze lievelingscactus. Hoezo wil je een papieren cactus?'

'Ik vind het zo mooi wat je doet', zegt hij zacht.  
'Ik wil graag een minimuseum inrichten van de dingen die jij maakt. 
Ik vind je een echte kunstenaar, mama.

Mam? Waarom zeg je nou niets meer?' 

dinsdag 26 mei 2015

prentje en de faaldurf

Ik kijk naar de de uitnodiging in mijn mailbox.
De diploma-uitreiking van het Art & Design College.

Drie jaar geleden begon ik na jaren twijfelen aan de avondopleiding Grafische Vormgeving.
Wat een genot om twee avonden in de week door te brengen met mensen met dezelfde interesses.
Wat een warm bad. Alles was fijn; de lessen, de docenten, de opdrachten en vooral mijn klas.

Anderhalf jaar later was mijn leven radicaal veranderd.
De opleiding - die naast twee avonden les minstens tien uur zelfstudie vereiste - was een last geworden.
Elke opdracht voelde zwaar op mijn schouders.
De lessen, de docenten en vooral mijn klas waren onverminderd stimulerend.
Alleen was het niet meer te combineren met een scheiding/het co-ouderschap/een nieuw huis/een promotie/uitbreiding van mijn werkuren.

Na opnieuw lang twijfelen gaf ik mijn studie op. Maar niet mijn liefde voor het vak.
En gelukkig ook niet de band met mijn klasgenoten.

Weer anderhalf jaar later. Mijn leven is niet meer radicaal veranderd, maar toch heel anders.
Dit keer zat de verandering in mijzelf. Ik deed het perfectionisme de deur uit, en bracht gelijk mijn onzekerheid bij het oud vuil. Ik nam afscheid van mijn maskers. Haalde de bezem door de torenhoge verwachtingen.
Imperfectionisme werd mijn nieuwe vriend. Ik omarmde het onverwachte.
Legde ook op werkgebied steeds meer de focus op veranderingen.
Durfde weer opnieuw te voelen. Stelde me open. Maakte verbinding.
Toonde mijn kwetsbaarheid.

En af en toe krijg ik het deksel op mijn neus, of ga ik keihard onderuit. En dat doet pijn, maar ik heb ontdekt dat het leven dan ook weer gewoon doorgaat. Een schram, misschien een litteken, maar schoonheid is niet hetzelfde als 'mooiheid'.
Niemand kan ongeschonden leven. Het zijn vooral de littekens die het karakter tonen.
Ware schoonheid zit soms juist in de 'lelijkheid'.

Ik kijk uit naar de diploma-uitreiking van mijn klas, zonder mixed feelings.

Ik had andere lessen te leren.

maandag 25 mei 2015

prentje en het sprookje van Scheveningen

Aarzelend kijkt Zoon me aan. 'Het lijkt wel alsof ik de stoelen net zag bewegen', fluistert hij.
Ik kijk naar buiten. Er staan een paar ordinaire witte plastic tuinstoelen op het terras.
'Misschien is dat ook wel zo', fluister ik terug. 'Maar er staat toch bijna geen wind?', vraagt hij, wat onzeker.
'Niets is wat het lijkt', antwoord ik. 'Daarom hou ik ook zo van kunst'.

We zijn in museum Beelden aan Zee. In eerste instantie gelokt door de gothic nijn van Hans van Bentem, en vervolgens overtuigd door de Sprookjesbeelden aan zee om naar Scheveningen af te reizen; niet bij voorbaat mijn favoriete badplaats.
Maar zover zijn we nog niet. We beginnen binnen, bij de tentoonstelling 'Vormidable' van Vlaamse kunstenaars.
Nu was ik zaterdag ook al aangenaam verrast door de eigenzinnige bijdrage van België aan het Songfestival, dus ik heb er zin in.
En Zoon ook, zo te zien.
'Je denkt misschien bij beelden aan klassieke standbeelden, maar zoals je ziet kunnen beelden allerlei vormen aannemen', zeg ik. 'Dat maakt het zo gaaf.'
Het is dan dat Zoon de tuinstoelen opmerkt. Bewogen ze nu?
'Kom, we gaan er naartoe', zeg ik. Dat weet je het zeker.'

Wat bedremmeld staan we even later buiten. Zoon heeft gelijk, de stoelen doen een soort dansje.
Ze hebben een motortje onder de zitting die ze laat bewegen.
Opgelucht kijkt Zoon me aan. Verderop staan opvallende telescopen, maar Zoon laat zich niet meer gek maken.
We lopen weer naar binnen. Ik sta stil bij een klassiek beeld.
'Kijk eens goed wat ze in haar hand heeft mama', zegt hij, bijna triomfantelijk. 
Hij heeft het door.
Blij rent hij naar het volgende beeld.
Ik ben ondertussen zelf linksaf geslagen naar een klein filmzaaltje waar de film 'Night Life' van Hans op de Beeck wordt vertoond. 
Bij het eerste beeld ben ik al gegrepen. 
Met subtiele bewegingen vloeien de zwart-witbeelden in elkaar over. Soms beweegt er iets in het beeld zelf - de trambestuurder scharrelt wat rond in zijn cabine, het begint te sneeuwen - en soms verandert het hele landschap door bijvoorbeeld verstedelijking.
Het raakt me.
Het raakt me enorm.
Het is zo prachtig gedaan, bovenstaande foto's zijn slechts een afspiegeling van wat er op het scherm wordt getoverd in verschillende schakeringen zwart-wit.
Op dat moment besef ik dat - naast de mensen om me heen - kunst mijn grote liefde is.

Wat verdwaasd loop ik naar buiten, die andere grote liefde achterna die verstoppertje speelt achter de beelden.
En dan zijn we nog niet eens begonnen aan de geweldige Sprookjesbeelden buiten het museum.
En na deze foto houdt mijn camera er opeens mee op. 
Alsof ie zelf ook overdonderd is door alle schoonheid die hij voor zijn lens heeft gehad.
Ik zie alleen nog maar een hemelswit beeld, waar ik ook op richt.
Misschien heeft hij tijd nodig om bij te komen. Genoeg gezien vandaag. 

Op de een of andere manier past dit ook bij deze sprookjesachtige Pinksterdagen.    

zondag 24 mei 2015

prentje en de stempels

Ik stond bij de Tiger in dubio. Zou ik het doosje met huis-, tuin- en keukenstempels meenemen?

Ik was ze eigenlijk al bijna vergeten, tot ik mijn tas leeghaalde en de inhoud over de tafel spreidde.
Niet zo'n goede timing, want ik was ook zo'n beetje aan het koken. Zoon en ik hadden het ondertussen over zijn Gedichtenkring, een soort van spreekbeurt waarin hij een gedicht moet voordragen.
Mijn oog viel op de stempels.
'Je kunt het over wonen in twee huizen doen', zei ik. 'En dan versier je je gedicht met de stempels.
Zoon ging gelijk aan de slag.

En ik kon het ook niet laten mee te doen, het eten ondertussen bijna vergetend.
Ik hou namelijk erg van stempels. Elke afdruk is weer uniek, afhankelijk hoe de inkt heeft gepakt, afhankelijk van hoeveel kracht je zet.
Je kunt er ook fijne patronen van maken:
Zoon ging ondertussen goed los.
'Zullen we elke dag een creatief momentje inbouwen?', zei hij zelfs.

Nou, dan heb je me hè. Ik schakelde onmiddellijk door naar de volgende versnelling.

'Weet je nog dat we jaren geleden naar een expositie in de Openbare Bibliotheek in Amsterdam zijn geweest van een illustrator die veel met stempels werkt?', vroeg ik.
Dit ging weer even te ver. Zoon wist het niet meer.

'Volgens mij geeft ze ook workshops', zei ik peinzend. 'We zijn digitale vrienden, ik zoek het even op.'

En woehoe, Gertie Jaquet gaf net dit Pinksterweekend twee stempelworkshops, en had nog plek.

Dus terwijl half Nederland naar het strand ging, waren wij op weg naar Amsterdam.
We konden het natuurlijk weer niet vinden, dus kwamen ietwat verhit aan.
Maar dat gevoel was snel vertrokken. Weinig zo rustgevend om op de werkplek van een aantal creatieven samen zo bezig te zijn.
Zoon wilde geen voorbeeld, want hij wilde zelf een monstertje creëren. Die kwam er. 
En hij nam ook nog een paar broers mee.
Het verlegen eenogige inktvisje is mijn favoriet. 

We kochten nog een gutssetje en gingen blij terug naar de Petteflet. 

Ik ging thuis nog even verder met mijn ontwerp.
('Tja, mijn moeder heeft iets met skeletten', hoorde ik Zoon van de week schouderophalend zeggen tegen een vriendje die enigszins verbijsterd in de gang stond.) 
Nu ben ik weer te laat met eten koken. 
Maar we zijn allebei meer dan voldaan. 

zondag 17 mei 2015

prentje en de kunst van het leven

'Wat zie jij toch in kunst?' Deze vraag wordt me wel eens gesteld. 
Ik zat er aan te denken toen ik in de trein zat richting Den Bosch. Het was de laatste dag van de tentoonstelling 'Hockney, Picasso, Tinguely en meer.
Ik dacht aan een van mijn favoriete kunstenaars Jaime Hayon. Tijdens zijn expositie in het Groninger Museum stootte een van de bezoekers een vaas van hem om, die in duizend stukken viel op de marmeren vloer.
Hayon leverde het museum een nieuwe vaas, waarin hij het incident op humoristische wijze verbeeldde.

Misschien zorgt kunst ervoor dat ik anders naar dingen ga kijken, filosofeerde ik verder terwijl de trein doorraaste.
Ik hou van de manier waarop kunstenaars als pioniers met een andere blik het leven aanschouwen.

Vroeger was ik een perfectionist. Voordat ik ging studeren, maakte ik een lijstje. Ik wilde bij die studentenvereniging, zo'n soort baantje, een vriendje dat aan bepaalde voorwaarden voldeed, deze sport, wonen in zo'n studentenhuis. Dan zou ik volmaakt gelukkig zijn. 
En dat was het Doel van het Leven: streven naar Volmaakt Geluk. 

'Het leven moet er nog overheen', las ik een keer in een beschrijving van Linda de Mol tig jaar geleden.
Het is me altijd bijgebleven.
Inmiddels ben ik er op mijn 43ste achter dat het najagen van Ultiem Geluk zoiets is als een hond die achter zijn eigen staart aan zit.
Ouder - en hopelijk wijzer - denk ik dat het leven meer zit in het om gaan met dingen die op je pad komen. En daarnaast; wat is er saaier (en tegelijk vermoeiender!) dan - streven naar - perfectie?

En dat is iets wat kunst mij leert. Jaime had precies dezelfde vaas kunnen maken; hij had vast nog wel de schetsen. Maar nee, hij evolueerde de vaas en verwerkte de ervaring in de nieuwe versie.
Hij gebruikte de 'negatieve' gebeurtenis om iets te maken, dat nog mooier was.
Hij camoufleerde niet wat er was gebeurd, maar accentueerde het in een nieuw ontwerp.

Wat lusteloos liep ik vervolgens door de zalen van het Noordbrants Museum. Het kon me op de een of andere manier niet raken, hoewel ik dit schilderij van Hockney wel gaaf vond:
Omdat 'ik er toch was' bezocht ik ook het naastgelegen Stedelijk Museum; voor de expositie How we work; de werkwijze van enkele Nederlandse ontwerpers, zoals mijn favoriete Scholten en Baijings:
Maar ik werd nog niet geraakt. 
Dat gebeurde letterlijk bij de expositie Raakvlakken (What's in a name?).

Schreef ik eerder over synergie in de kunst (twee kunstvormen die elkaar versterken); inmiddels denk ik nog een stapje verder, en geloof ik in 'conceptuele integratie'; een geweldige term die ik vandaag tegen kwam in Volkskrant Magazine. 

Schoonheid zit volgens mij in de combinatie van ogenschijnlijke tegenstellingen; daarom ben ik ook fan van Studio Job. Ik zag hun porselein op 'Raakvlakken', en toen viel het kwartje pas echt.
Juist het 'conflict' van de doodshoofden verwerkt in de zoete taartvorm, tilt het voorwerp tot een hoger niveau. 
Of zoals in deze theepot:
Het is juist de bitterzoete combinatie die het alledaagse een extra glans kan geven. 

Niet gek dus dat ik dit shirtje niet in Den Bosch kon laten hangen:
En zo probeer ik het leven te zien. 
Niet verhullen, maar gebruik maken van de ervaringen, de krassen en littekens; juist om te groeien.
  
Ik schreef al eerder dat ik geïnspireerd was door een zin van Leonard Cohen: 'There is a crack, a crack in everything. That's how the light gets in.'

De imperfectie en tegenstellingen van het leven maken het de moeite waard.  
Heb het lef om de ervaringen (ook de op het eerste gezicht negatieve) om te zetten tot iets nóg groters en mooiers, in plaats van verbitterd te raken en je terug te trekken. 

Als je maar open durft te staan. 

vrijdag 15 mei 2015

prentje en de fotosessie

Ik was het niet meer, op de foto's die ik had van mezelf.

Lieve vriendin T had vorig jaar nog een prachtige fotosessie gemaakt, maar sindsdien is er veel veranderd.
Goddank zitten de vijftien kilo die ik in veel te korte tijd verloren was, er inmiddels weer bijna bij.
Ik heb sinds vandaag weer mijn gezonde, normale gewicht.
Ik weet nog zo goed dat iemand in die nare periode zei dat ik zoveel mooier zou zijn als ik weer wat aankwam. 
Boy, I did it. All by myself.

En ik kijk inmiddels anders uit mijn ogen.
Tevreden met wie ik ben, ondanks al mijn neuroses, twijfels, tranen, kwetsbaarheden, angsten en fouten.
Gelukkiger ook, ondanks alles.
Een nieuwe start, de zoveelste inmiddels.

Dus moesten er andere foto's komen En Wel Meteen, want zo zijn de prentjes, zoals u inmiddels weet.
De enige fotograaf die op dat moment in huis rondliep, was Zoon.
'Lieverd, ik wil graag nieuwe profielfoto's, ook voor LinkedIn, dus ik moet er wel een beetje serieus en professioneel op staan', vroeg ik aan mijn mini-Corbijn.
Enigszins gestoord keek hij op van zijn iPad. Maar aangezien ik net drie dagen met hem en Verloofde aan zee was geweest, voelde hij wel dat hij niet kon weigeren.
'Ze moeten in ieder geval een Zakelijke en Volwassen uitstraling hebben', gaf ik nog mee als laatste instructie.
'Dat zullen we nog wel eens zien', dacht Zoon, en liet zijn hele arsenaal aan Beste Moppen op me los.
'Ik vind je nu eenmaal het leukst als je heel hard moet lachen', zei hij nog onschuldig.

Misschien was Zoon niet de meest geschikte persoon om te vragen.

Misschien juist wel.