Tja. Goed is ze, dat kan ik niet ontkennen. Overigens zegt niemand tegen mij: ben je er nou "nog steeds" niet overheen? Dat doe ik alleen. Onbewust houd ik er bepaalde normtijden op na.
Onmiddellijk moet ik denken aan een van de opmerkingen onder mijn verhaal. 'Liefde ook voor jezelf, dat wens ik je toe'. Oooh, hoe moeilijk is dat toch. Zelfcompassie. Het innerlijke kind een gevoel van veiligheid geven. Altijd maar weer het innerlijke kind dat om de hoek komt kijken.
'Loslaten zeggen de mensen om me heen', zeg ik zachtjes. Ik hoor mijn stem alweer breken. Wat baal ik daarvan. Ze kijkt me liefdevol aan en schudt haar hoofd. 'Tóelaten, niet loslaten. Wanneer ga je het verdriet nou eens écht toelaten, Monique?'
Het voelt alsof er een pleister van een oude wond is afgerukt. Het gemis. De eenzaamheid die af en toe naar mijn keel vliegt. Teveel vrijheid in één keer kan ook verstikkend werken.
Maar inmiddels weet ik ook dat de enige weg hieruit verbinden is. Verbinden met mezelf, maar ook met de mensen om me heen. Steun kan soms uit onverwachtse hoek komen.
Vertragen, vertrouwen, verdiepen, verzachten. Ik blijk een voorkeur te hebben voor woorden die met 'ver' beginnen. Behalve verdoven. Dat doe ik nou eens een keertje niet.
Het maakt niet uit of je nu getrouwd was, samenwoonde, een kind samen opvoedde. Het gaat erom in hoeverre je je hart hebt opengesteld. Iemand onder je huid zit. Hebt liefgehad. En - daar is ie weer - je je verbonden hebt. Maar datgene dat je het meeste pijn heeft opgeleverd, is ook de enige oplossing om je weer heel te voelen.
Verbinden. De pijn te durven voelen. Eerlijk zijn naar jezelf, zonder trots en schaamte.
Ook tranen die vanuit je tenen komen, stoppen een keer.