Ik had niet zo'n beste week. De trein reed weer niet, en we moesten met z'n allen met de bus. De buschauffeur keek alsof ze iedereen rauw lustte. Minutenlang zat ze te turen op strippenkaarten, of het wel allemaal precies klopte, de rij die buiten in de hagel stond compleet negerend. Vervolgens kreeg ze een enorme discussie met een mevrouw die vijf (vijf, vijf!) cent te weinig gaf, die ze vervolgens de bus uitzette. Zo de hagel in. Al met al duurde het 25 minuten voordat we vertrokken. Al die mensen die al chagrijnig aan hun dag beginnen, en dat wellicht weer doorgeven aan hun collega's. Ik kan daar helemaal verdrietig van worden.
Sip zit ik bij een vriendin thee te drinken. 'Ik weet het niet hoor, met mijn blog', zeg ik somber. 'Ik had zo weinig bezoekers vandaag. Moet ik er wel mee doorgaan?' 'Al laat je maar 1 iemand glimlachen op een dag, dan heeft het al zin', probeert ze me op te beuren. De schat. Maar zo snel geef ik me niet gewonnen. 'Maar soms valt er niet zoveel te lachen. Dan is het gewoon een saaie januaridag. Het leven is tenslotte geen suikerspin. Waar moet ik dan over schrijven? Het moet ook geen blog aan mijn been worden'. ' Je hebt gewoon een writersblog', antwoordt ze droog. Oh, wat zijn wij gevat samen. Ik word er bijna weer wat vrolijker van.
Bijna, want het regende vandaag. En ik sta op het schoolplein op Zoon te wachten, die net zijn toneelkunsten als Varkentje heeft vertoond in het toneelstukje Kikker in de kou. Jenaplan hè, dan hebben we om de zoveel weken een Viering met liedjes en toneelstukjes. Alle kinderen uit de klas die niet de rol van Kikker, Haas, Eend of Varkentje bemachtigd hadden, waren een Sneeuwvlokje. Ach man, dat vind ik dan weer zo ontroerend. Ik zie dat dan weer helemaal voor me, hoe dat thuis gaat. 'Wat ben jij schat, in het toneelstukje?' En dat zo'n kind dan trots zegt: 'ik ben een Sneeuwvlokje'.
Terwijl de regen langs mijn kin druipt, wordt mijn aandacht getrokken naar een kleuter die vol overgave in de plassen springt. 'Kijk, zo kun je de dingen ook bekijken', zeg ik tegen een moeder waar ik net mee heb staan mopperen over het slechte weer. Ik bedenk me dat ik ook nog zo'n foto van Zoon heb.
En glimlach eindelijk weer. Dan heb ik toch mijn doel bereikt met mijn blog.
Of zou ik zelf niet meetellen?
vrijdag 29 januari 2010
maandag 25 januari 2010
prentje en het verjaardagspartijtje
'Mam, ik heb gespuugd'. Ik kijk op mijn wekkerradio. Vijf over twee is het, holst van de nacht.
's Ochtends met een wit koppie op de bank. Maar ja, hij heeft een verjaardagpartijtje. En die zijn heilig. Dus klauteren we even later op de fiets. Koud dat het is. En natuurlijk kan ik het niet vinden. Als het om de weg gaat, ben ik volkomen dyslectisch. Zou daar ook een begrip voor zijn. Routedyslectisch of zo? Toch eens opzoeken.
Ik fiets door de nieuwbouwwijk. En kom een vriendin tegen, ook met een kleumende kleuter achterop. 'Weet jij waar Vossenburght is?' 'Nee, weet jij dan misschien Beerenklauw? Ander verjaardagspartijtje.
Eindelijk, na vijf keer vragen, hebben we het gevonden. Het ziet er verdacht stil uit. Geen slingers of ballonnen te bekennen. Toch bellen we maar aan. Verbaasd doet de moeder van het vriendje open. 'Verjaardagspartijtje? Nee, dat is volgende week pas.' Ik durf haar niet aan te kijken.
We kleumen ons weer een weg terug. Volgende week rijden we er in één keer naar toe.
Denk ik.
's Ochtends met een wit koppie op de bank. Maar ja, hij heeft een verjaardagpartijtje. En die zijn heilig. Dus klauteren we even later op de fiets. Koud dat het is. En natuurlijk kan ik het niet vinden. Als het om de weg gaat, ben ik volkomen dyslectisch. Zou daar ook een begrip voor zijn. Routedyslectisch of zo? Toch eens opzoeken.
Ik fiets door de nieuwbouwwijk. En kom een vriendin tegen, ook met een kleumende kleuter achterop. 'Weet jij waar Vossenburght is?' 'Nee, weet jij dan misschien Beerenklauw? Ander verjaardagspartijtje.
Eindelijk, na vijf keer vragen, hebben we het gevonden. Het ziet er verdacht stil uit. Geen slingers of ballonnen te bekennen. Toch bellen we maar aan. Verbaasd doet de moeder van het vriendje open. 'Verjaardagspartijtje? Nee, dat is volgende week pas.' Ik durf haar niet aan te kijken.
We kleumen ons weer een weg terug. Volgende week rijden we er in één keer naar toe.
Denk ik.
vrijdag 22 januari 2010
prentje en het waterballet
Vandaag maar weer eens een huishouddagje ingepland. Want wat is het weer een bende. Onvoorstelbaar, op de raarste plekken in huis vind ik Legohoofdjes, Thomas de Stoomtreinonderdelen en lelijke Pokemonpoppetjes. Wat heeft dat kind een speelgoed. Maar ja, daar zijn we zelf bij natuurlijk. Mama, pppllleeeaaassse, en dan ga ik alweer voor de bijl. Weinig ruggengraat, ik weet het. Dat stralende snoetje werkt als een drug voor deze ploetermama.
Natuurlijk kom ik tijd te kort. Staat er opeens een man voor de deur die vraagt of we een hond hebben in verband met hondenbelasting. Een vriendelijke postbodemevrouw die niet zeker weet hoe onze straat heet omdat ze net begonnen is in deze wijk. Ja, zo schiet het niet op natuurlijk.
Nog vijf minuten voordat ik Zoon moet halen. De eerste moeders zie ik al voorbij komen. Nog even alleen dit ene tafeltje schoonmaken. En dan gebeurt het. Een volle emmer sop, zo over onze houten vloer. De stopcontactdozen drijven als vrolijke bootjes voorbij. Weer een prentje-paniek-momentje. Ok. Dingen denken als 'Waarom overkomt mij dit nu weer', heeft weinig zin. Rustig blijven. Eerst de stekkers eruit. Alle handdoeken, theedoeken en dweilen die ik kan vinden neerleggen om de grootste waterplas te absorberen. Ongelofelijk, wat zit er veel water in zo'n emmer. Dan naar school. Ik vermijd oogcontact met de andere moeders omdat ik geen zin heb om te vertellen wat me net is overkomen. Maar ik heb ook geen zin om het over andere dingen te hebben. Ik wil gewoon even niets.
'Mama heeft een probleem, schatje', bereid ik Zoon voor op de enorme ravage thuis. 'Betekent dit dat ik geen tosti krijg voor ik naar zwemles ga?', geeft Zoon weergaloos de prioriteiten aan. O nee toch, we moeten ook nog naar zwemles. Over een half uur. Ik weet niet hoe ik het voor elkaar heb gekregen, maar de grootste plas water is opgedweild, Zoon heeft zijn tosti, de zwembroek is gevonden en we staan buiten. 'Mama, ik wil op mijn eigen fiets'. Ook dat nog. Overhit kom ik bij het zwembad aan. Opeens zie ik overal sterretjes voor mijn ogen. Wie zegt dat het huishouden geen stress kent?
Maar ik heb wel een schone vloer nu.
Natuurlijk kom ik tijd te kort. Staat er opeens een man voor de deur die vraagt of we een hond hebben in verband met hondenbelasting. Een vriendelijke postbodemevrouw die niet zeker weet hoe onze straat heet omdat ze net begonnen is in deze wijk. Ja, zo schiet het niet op natuurlijk.
Nog vijf minuten voordat ik Zoon moet halen. De eerste moeders zie ik al voorbij komen. Nog even alleen dit ene tafeltje schoonmaken. En dan gebeurt het. Een volle emmer sop, zo over onze houten vloer. De stopcontactdozen drijven als vrolijke bootjes voorbij. Weer een prentje-paniek-momentje. Ok. Dingen denken als 'Waarom overkomt mij dit nu weer', heeft weinig zin. Rustig blijven. Eerst de stekkers eruit. Alle handdoeken, theedoeken en dweilen die ik kan vinden neerleggen om de grootste waterplas te absorberen. Ongelofelijk, wat zit er veel water in zo'n emmer. Dan naar school. Ik vermijd oogcontact met de andere moeders omdat ik geen zin heb om te vertellen wat me net is overkomen. Maar ik heb ook geen zin om het over andere dingen te hebben. Ik wil gewoon even niets.
'Mama heeft een probleem, schatje', bereid ik Zoon voor op de enorme ravage thuis. 'Betekent dit dat ik geen tosti krijg voor ik naar zwemles ga?', geeft Zoon weergaloos de prioriteiten aan. O nee toch, we moeten ook nog naar zwemles. Over een half uur. Ik weet niet hoe ik het voor elkaar heb gekregen, maar de grootste plas water is opgedweild, Zoon heeft zijn tosti, de zwembroek is gevonden en we staan buiten. 'Mama, ik wil op mijn eigen fiets'. Ook dat nog. Overhit kom ik bij het zwembad aan. Opeens zie ik overal sterretjes voor mijn ogen. Wie zegt dat het huishouden geen stress kent?
Maar ik heb wel een schone vloer nu.
donderdag 21 januari 2010
prentje en Porto
Gister keek ik op de site van een budgetvliegmaatschappij. En daar hadden ze enkeltjes voor 10 euro! En dan zonder belasting, want vaak zijn het lokkertjes en dan betaal je alsnog ongans aan allerlei vage toeslagen. Zodat 10 euro opeens 300 euro wordt.
Verdorie, ik moet een Creditcardnummer invullen. Man bellen. Neemt niet op. Paginatijd verlopen. Jongens, dat Spidermanpak staat geweldig. O, ben jij Superman. Waarom heb ik nu wel weer opeens luchthavenbelasting? Daar is je papa al. Sorry dat het er hier uitziet alsof er een bom is ontploft. Ah, Man neemt op. Ja, een hotel regel ik ook. Nog geen dertig euro per nacht. Ben benieuwd of we in een achterbuurt zitten. En tja, dat we vanaf Brussel moeten vliegen, nemen we op de koop toe.
's Avonds kom ik tot de ontdekking dat de snoeptrommel helemaal leeg is.
En alle koekjes zijn verdwenen.
dinsdag 19 januari 2010
prentje en IKEA
Als je een blog in je hoofd hebt, moet je 'm meteen schrijven, heb ik gisteravond geleerd. Het ging ongeveer zo:
Zaterdag waren we bij IKEA. IKEA en ik hebben een geschiedenis samen. Ik was vroeger gek op IKEA, niet normaal meer. Nu zijn mijn meeste adoraties niet helemaal normaal, maar deze ging zo ver dat, toen we een paar dagen in Zweden waren, ik de IKEA wilde bezoeken omdat ik de IKEA-gids in het Zweeds wilde hebben. Dat gaat ver hè.
Maar goed, inmiddels is de liefde een beetje over, zoals dat wel vaker gaat, en gaan we nog af en toe naar IKEA, als gewone bezoekers.
Allereerst gingen we eten in het restaurant. Bij de kassa had ik even een prentje-paniek-momentje, want ik moest:
a) mijn IKEA family-pasje zoeken (die ik dan nog wel heb),
b) kleingeld zoeken voor Zoon die dit in het Goede Doelen-bakje wilde doen en
c) mijn pinpas zoeken om te betalen.
Vervolgens konden we dan een plekje gaan zoeken in het overvolle restaurant. 'Ongelofelijk toch', zeg ik nog tegen Man, 'dat we voor dertien euro met z'n drieën hier kunnen eten, inclusief toetje.'
Met onze buiken vol IKEA-gehaktballetjes en onze hoofden vol nieuwe ideeën reden we naar huis. Zoon zat in mijn tas te rommelen, omdat ik hem een dollar had beloofd die ik over had van Curaçao. Ik zei Zoon dat we dat thuis wel gingen regelen. Sinds Zoon met Man in de kerstvakantie naar het Geldmuseum is geweest, is hij dol op valuta. Onze kleine Scrooge, noemen we hem wel.
Thuisgekomen pak ik de dollar uit mijn portemonnee. En verdorie, ik had twintig euro gepind die dag ervoor, en die waren verdwenen. De enige plek waar ik mijn portemonnee had geopend, was in het IKEA-restaurant. Ik bellen met mijn Zweedse vrienden. 'Nee mevrouw, voor zo'n luttel bedrag ondernemen we geen actie.' Wat nou luttel bedrag. Ja, misschien wel als je vijf ton omzet draait per dag, maar niet als je net op vakantie bent geweest. 'Ik hoop dat degene die het geld gevonden heeft, het in het Goede Doelen-bakje heeft gedaan', zeg ik tegen Man. 'Maar het is waarschijnlijker dat hij er een bijzettafeltje van heeft gekocht.'
Zo ongeveer had mijn blog moeten gaan. Ik had er zelfs al een illustratie bij bedacht.
Tot gisteravond. Zoon kon al twee avonden niet in slaap komen. Schoorvoetend kwam hij gisteravond naar beneden. Met twintig euro. Zoon was mijn Goede Doel. Daar ging mijn blog.
En A Christmas Carol doen we de deur uit.
Zaterdag waren we bij IKEA. IKEA en ik hebben een geschiedenis samen. Ik was vroeger gek op IKEA, niet normaal meer. Nu zijn mijn meeste adoraties niet helemaal normaal, maar deze ging zo ver dat, toen we een paar dagen in Zweden waren, ik de IKEA wilde bezoeken omdat ik de IKEA-gids in het Zweeds wilde hebben. Dat gaat ver hè.
Maar goed, inmiddels is de liefde een beetje over, zoals dat wel vaker gaat, en gaan we nog af en toe naar IKEA, als gewone bezoekers.
Allereerst gingen we eten in het restaurant. Bij de kassa had ik even een prentje-paniek-momentje, want ik moest:
a) mijn IKEA family-pasje zoeken (die ik dan nog wel heb),
b) kleingeld zoeken voor Zoon die dit in het Goede Doelen-bakje wilde doen en
c) mijn pinpas zoeken om te betalen.
Vervolgens konden we dan een plekje gaan zoeken in het overvolle restaurant. 'Ongelofelijk toch', zeg ik nog tegen Man, 'dat we voor dertien euro met z'n drieën hier kunnen eten, inclusief toetje.'
Met onze buiken vol IKEA-gehaktballetjes en onze hoofden vol nieuwe ideeën reden we naar huis. Zoon zat in mijn tas te rommelen, omdat ik hem een dollar had beloofd die ik over had van Curaçao. Ik zei Zoon dat we dat thuis wel gingen regelen. Sinds Zoon met Man in de kerstvakantie naar het Geldmuseum is geweest, is hij dol op valuta. Onze kleine Scrooge, noemen we hem wel.
Thuisgekomen pak ik de dollar uit mijn portemonnee. En verdorie, ik had twintig euro gepind die dag ervoor, en die waren verdwenen. De enige plek waar ik mijn portemonnee had geopend, was in het IKEA-restaurant. Ik bellen met mijn Zweedse vrienden. 'Nee mevrouw, voor zo'n luttel bedrag ondernemen we geen actie.' Wat nou luttel bedrag. Ja, misschien wel als je vijf ton omzet draait per dag, maar niet als je net op vakantie bent geweest. 'Ik hoop dat degene die het geld gevonden heeft, het in het Goede Doelen-bakje heeft gedaan', zeg ik tegen Man. 'Maar het is waarschijnlijker dat hij er een bijzettafeltje van heeft gekocht.'
Zo ongeveer had mijn blog moeten gaan. Ik had er zelfs al een illustratie bij bedacht.
Tot gisteravond. Zoon kon al twee avonden niet in slaap komen. Schoorvoetend kwam hij gisteravond naar beneden. Met twintig euro. Zoon was mijn Goede Doel. Daar ging mijn blog.
En A Christmas Carol doen we de deur uit.
maandag 18 januari 2010
prentje en pippi
En vandaag mocht ik dat meteen uittesten, want het was officieel de meest depressieve dag van het jaar. Dat is door een of andere Brit berekend. Op de derde maandag van januari voelen mensen zich het slechtst. De feestdagen zijn voorbij, de goede voornemens mislukt, en de zomervakantie is nog ver weg. En ik kan daar nog aan toevoegen: een nare buikgriep speelt je parten en je hebt een vervelende dag op het werk. Probeer dan nog maar eens te zijn wie je wilt zijn. Maar ja, we wonen dan ook niet in Villa Kakelbont. Misschien maakt dat het verschil.
vrijdag 15 januari 2010
prentje weer geland
'Ga je nog steeds over Curaçao schrijven?' vraagt zus. En die is nota bene zelf mee geweest. Tijd om af te ronden dus. Moeilijk hoor. Ik zou nog willen schrijven over de fantastische kleuren op het eiland. Over het restaurantje op het strand waar je zo lekker met je tenen in het zand kon eten. Over de flamingo's die we tegenkwamen. Over de lekkere Amstel Brightjes die ze hier niet verkopen. Over de galerie met die kleurrijke schilderijen. Of over alle keren dat we hebben gesnorkeld, en het leek of we in een aquarium zwommen. Maar ja, het wordt tijd om weer met beide voeten op de grond te komen.
Man en Zoon halen me in alle vroegte op van Schiphol. 's Nachts voel ik de kleine voetjes weer tegen me aan. 'Mama, ik hou van jou tot voorbij de ruimte', hoor ik naast me fluisteren.
Ik ben weer thuis.
Man en Zoon halen me in alle vroegte op van Schiphol. 's Nachts voel ik de kleine voetjes weer tegen me aan. 'Mama, ik hou van jou tot voorbij de ruimte', hoor ik naast me fluisteren.
Ik ben weer thuis.
donderdag 14 januari 2010
prentje en de dolfijne ervaring
'We gaan ook met dolfijnen zwemmen, dat wordt heel leuk', had zus al aangekondigd voordat we nog maar vertrokken waren naar Curaçao. En zo togen wij eenmaal ter plaatse naar de Dolphin Academy. Het regende een beetje toen we aankwamen. Jammer voor de foto's, vonden we. Want hé, je legt er een hoop geld voor neer, dan wil je ook wat. In ieder geval laten zien dat je met dolfijnen hebt gezwommen, liefst tegen een strakblauwe lucht. Toch een beetje nerveus gingen we het centrum binnen. Was niet onlangs de dochter van Connie Breukhoven gebeten door een dolfijn?
Nadat we onze kleren hadden uitgetrokken, zochten we onze dolfijnen. Maar zo simpel bleek het niet te zijn. We kregen eerst nog een uitgebreide briefing. 'Had je niet even kunnen zeggen dat we ons nog niet moesten uitkleden', siste ik tegen neef. Want ik voelde me toch wel een tikkeltje opgelaten in mijn badpak tussen alle aangeklede medecursisten. Zus was zo slim geweest om haar jurkje in haar tas te doen. Ook wel jammer dat de medewerker vergeten was de airco uit te doen in het instructielokaal.
Na een lange instructie in een ijskoud lokaal waarin we vooral leerden wat we allemaal niet moesten doen (niet onze armen gebruiken tijdens het zwemmen, niet met je handen te dicht bij een dolfijnenkoppie komen, en ook niet te dicht bij zijn staart) mochten we het water in. En ja, dat was toch wel bijzonder. Dolfijnen hebben toch iets magisch, dat is moeilijk uit te leggen.
En de zon brak ook nog door.
Nadat we onze kleren hadden uitgetrokken, zochten we onze dolfijnen. Maar zo simpel bleek het niet te zijn. We kregen eerst nog een uitgebreide briefing. 'Had je niet even kunnen zeggen dat we ons nog niet moesten uitkleden', siste ik tegen neef. Want ik voelde me toch wel een tikkeltje opgelaten in mijn badpak tussen alle aangeklede medecursisten. Zus was zo slim geweest om haar jurkje in haar tas te doen. Ook wel jammer dat de medewerker vergeten was de airco uit te doen in het instructielokaal.
Na een lange instructie in een ijskoud lokaal waarin we vooral leerden wat we allemaal niet moesten doen (niet onze armen gebruiken tijdens het zwemmen, niet met je handen te dicht bij een dolfijnenkoppie komen, en ook niet te dicht bij zijn staart) mochten we het water in. En ja, dat was toch wel bijzonder. Dolfijnen hebben toch iets magisch, dat is moeilijk uit te leggen.
En de zon brak ook nog door.
woensdag 13 januari 2010
prentje nog steeds heel ver
Kwam het nu nog goed met prentje op Curaçao? Was even een cliffhangertje hè, om de spanning erin te houden.
Uiteindelijk wel, gelukkig. Niet die nacht (ook nog eens heel lelijk tot bloedens toe mijn teen gestoten tegen de koffer van zus). Niet die ochtend (zus alleen naar het verkooppraatje van de hostess en ook nog eens heel stoer in haar uppie de huurauto in Willemstad opgehaald). Maar die middag had ik er genoeg van. En zijn we begonnen met het eiland verkennen.
Curaçao is een wonderlijk eiland. Het is eigenlijk een soort van Scheveningen in de tropen. Je hebt er verschillende groepen, die gescheiden van elkaar leven. Zo heb je de locals, de stagiaires, de expats en de toeristen. Deze hebben allemaal een ander stukje Curaçao, met eigen voorzieningen. Wat de import betreft: het is wel een beetje happy few wat er rondloopt, vooral de stagiaires. 'Ik vier mijn vrijgezellenfeest in Miami, hij in Las Vegas, en uiteindelijk trouwen we hier', hoor ik een langbenige blondine tegen een charmante brunette zeggen op Mambo Beach. Op een bijna verveelde manier. Tja.
Uiteindelijk wel, gelukkig. Niet die nacht (ook nog eens heel lelijk tot bloedens toe mijn teen gestoten tegen de koffer van zus). Niet die ochtend (zus alleen naar het verkooppraatje van de hostess en ook nog eens heel stoer in haar uppie de huurauto in Willemstad opgehaald). Maar die middag had ik er genoeg van. En zijn we begonnen met het eiland verkennen.
Curaçao is een wonderlijk eiland. Het is eigenlijk een soort van Scheveningen in de tropen. Je hebt er verschillende groepen, die gescheiden van elkaar leven. Zo heb je de locals, de stagiaires, de expats en de toeristen. Deze hebben allemaal een ander stukje Curaçao, met eigen voorzieningen. Wat de import betreft: het is wel een beetje happy few wat er rondloopt, vooral de stagiaires. 'Ik vier mijn vrijgezellenfeest in Miami, hij in Las Vegas, en uiteindelijk trouwen we hier', hoor ik een langbenige blondine tegen een charmante brunette zeggen op Mambo Beach. Op een bijna verveelde manier. Tja.
dinsdag 12 januari 2010
prentje heel ver weg
En toen was het zover. Man en Zoon zetten me bij zus af, omdat we 's ochtends heel vroeg moeten vliegen. Het moment waar ik zolang tegenop had gezien, kon ik niet meer uitstellen. Op de televisie de onvolprezen Annie M.G. Schmidt. 'Ik zou je het liefste in een doosje willen doen', hoor ik, terwijl ik Zoon nog een laatste knuffel geef. Allebei natte wangen.
Ik slaap in het bed van een van de neefjes. Nou ja, slapen. Ik kan m'n draai niet vinden in het smalle jongensbed. De uren tikken weg. Tijd om naar Schiphol te gaan. Het vliegtuig naar Curaçao heeft vertraging, omdat het ijs van de vleugels moet worden verwijderd.
Na een lange, lange, lange vlucht landen we op het eiland. Waar stagelopende neef ons opvangt. We gaan uitgebreid met hem eten. In een strandtent bij de ondergaande zon, dat dan weer wel.
's Nachts spuug ik de hele toiletpot onder. 'Ik ben hier niet zo goed in', piep ik tegen zus. Weg bij mijn kleine apie, zo lang in het vliegtuig, de jetlag, het temperatuurverschil, het is me teveel allemaal. Waar ben ik aan begonnen?
Ik slaap in het bed van een van de neefjes. Nou ja, slapen. Ik kan m'n draai niet vinden in het smalle jongensbed. De uren tikken weg. Tijd om naar Schiphol te gaan. Het vliegtuig naar Curaçao heeft vertraging, omdat het ijs van de vleugels moet worden verwijderd.
Na een lange, lange, lange vlucht landen we op het eiland. Waar stagelopende neef ons opvangt. We gaan uitgebreid met hem eten. In een strandtent bij de ondergaande zon, dat dan weer wel.
's Nachts spuug ik de hele toiletpot onder. 'Ik ben hier niet zo goed in', piep ik tegen zus. Weg bij mijn kleine apie, zo lang in het vliegtuig, de jetlag, het temperatuurverschil, het is me teveel allemaal. Waar ben ik aan begonnen?
zaterdag 2 januari 2010
prentje gaat naar Curaçao
Welkom in het nieuwe jaar! Guess what: eindelijk een goed Oud & Nieuw gehad. Gezellig feest met leuke mensen! Dus u hoeft u geen zorgen meer te maken.
En straks vertrek ik. Naar Curaçao. Samen met zus ga ik neefje opzoeken, die daar stage loopt. Dertig graden, met dolfijnen zwemmen, dat soort werk. Spontaan toegezegd toen zus vertelde dat neef daar naar toe gaat. Heel leuk, denkt u nu. En het is ook leuk. Er is maar een probleem. Ik ga zonder Zoon. En ik mis hem al als ik een dag gewerkt heb. Snikkend stond ik naast zijn bedje toen Man en ik een weekend naar Parijs gingen. En nu Een Hele Week. Zelfs nog iets langer. Met Zoon gaat het vast goed, die blijft lekker bij zijn papa. Maar met wie moet ik nu 's morgens 'afknuffelen'? Toch maar vragen of zus deze rol op zich wil nemen.
En straks vertrek ik. Naar Curaçao. Samen met zus ga ik neefje opzoeken, die daar stage loopt. Dertig graden, met dolfijnen zwemmen, dat soort werk. Spontaan toegezegd toen zus vertelde dat neef daar naar toe gaat. Heel leuk, denkt u nu. En het is ook leuk. Er is maar een probleem. Ik ga zonder Zoon. En ik mis hem al als ik een dag gewerkt heb. Snikkend stond ik naast zijn bedje toen Man en ik een weekend naar Parijs gingen. En nu Een Hele Week. Zelfs nog iets langer. Met Zoon gaat het vast goed, die blijft lekker bij zijn papa. Maar met wie moet ik nu 's morgens 'afknuffelen'? Toch maar vragen of zus deze rol op zich wil nemen.
Abonneren op:
Posts (Atom)