De fijnste vondsten zijn onverwachts.
Op plekken waarvan je van tevoren niet dacht ze te vinden.We gingen naar Brussel voor het museum Kanal.
'Ik wil eigenlijk het Atomium wel eens zien', zei ik voorzichtig, realiserend dat dit natuurlijk vreselijk toeristisch is.
Maar ik zit al tijden in een ronde vormen-fase.
Ik vond het ontzettend leuk.
Ook om de bollen van binnen te zien.
En toen moest het mooiste nog komen.
Naast het Atomium bleek een Design Museum te zitten.
En omdat het Atomium dit jaar zestig jaar bestaat, was er een tentoonstelling over affiches uit de jaren vijftig:
Heb ik wel eens verteld dat ik erg hou van zo ongeveer alles uit de jaren vijftig/zestig?
Een periode van ongelofelijk optimisme na de donkere oorlogsjaren.
Daarnaast was er een gave tentoonstelling over Belgische designers:
Maar we werden we ook nog getrakteerd op de tentoonstelling 'Plasticarium':
Wat een fantastische ontwerpen.
Verliefd ben ik op dit geweldige, ehm, huisje:
Op de een of andere manier zit er toch altijd een lijn in de dingen die me aanspreken.
Speelde ik als kind al met huifkarren, smurfenhuisjes en droomde ik over een Speelboom, als veertiger fantaseer ik nog steeds over een retro-caravannetje (die er ooit echt gaat komen. Echt).
O, en het Kanal-museum?
Dat viel een beetje tegen.
Ook dat hoort erbij.
De mooiste vondsten zitten namelijk in een onverwachte hoek verstopt.