Hij is r. Het caravannetje waar ik al jaren van droom.
De weg ernaartoe verliep niet helemaal vlekkeloos. Allereerst: ik heb een Fiat 500, daar moet ie achter kunnen. Daarnaast: ik ben 1.83 meter. Ik pas niet in alle caravans.
Ik had mijn zinnen gezet op de T@b, maar daar bleek ik niet in te kunnen staan. De Kulba kwam voorbij, maar dat is meer een rijdend bed. Eriba, maar met 0 technische kennis wilde ik graag een nieuwe, en die zijn niet te betalen voor mij.
Ok; licht, maar wel in kunnen staan. Nieuw, maar wel betaalbaar. Afgelopen zomer zag ik een raadselachtige advertentie op Marktplaats van een meneer die de Niewiadow importeerde, een Poolse caravan die vroeger bekend stond als de Predom. Hij zat in het zuiden, maar had een showroom in Aalsmeer die er eentje had staan. Meteen na de vakantie ben ik gaan kijken en was op slag verliefd.
Maar de caravan die er stond was van binnen blauw (primaire kleuren zijn niet aan mij besteed). Lang verhaal kort: ik nam contact op met de meneer, maar binnen no time liep de levertijd op tot 1,5 jaar. Ook de prijs liep op. Omdat ik al eerder had geïnformeerd, mocht ik 'm nog voor de oude prijs, maar de levertijd bleef. Tot er een melding kwam dat hij mijn bestelling naar voren kon halen, ik zou 'm begin 2021 al kunnen krijgen. Nog langer verhaal korter: dat verschoof continu.
Inmiddels werd het steeds vager. De caravan was gearriveerd in het zuiden, maar een aantal dingen bleken niet helemaal te kloppen. Mijn voorpret verdween. Was het wel een goede beslissing geweest? Zou hij ooit komen? Op een gegeven moment was ik het zat en gaf aan dat ik mijn caravan dit weekend wilde hebben.
Gemor, maar: mijn caravan stond in Aalsmeer zaterdag. Ik had inmiddels een camping aan zee geboekt (viel nog niet mee) om te gaan proefkamperen.
Man, ik voelde me zo nerveus als tijdens een eerste date. Zou het zo leuk zijn als ik had verwacht? Zou ik ermee kunnen/durven rijden? Gelukkig ging mijn lief mee, die iets resoluter om gaat met zo ongeveer alles in het leven. Halverwege een parkeerplaats stopte hij en zei: en nu jij.
Ik deed het gewoon, mensen. Ik hoorde twee keer achter elkaar Jump op de radio wat ik als een teken zag, en reed de snelweg op.
Nou ja, snelweg: niet voor ons. Het woei (wind tegen), het dak van mijn cabrio stond open en de snelheidsmeter ging niet hoger dan 90 kilometer. Met moeite. Mijn lief riep dat ik moest schakelen en het zweet stond op mijn rug. Waar was ik aan begonnen?
Maar toen reed ik de camping op en stak de één na de ander zijn duimpje omhoog. Afkoppelen is nog iets dat ik moet leren maar op een gegeven moment stond hij: mijn baby tussen allemaal grote broers en zussen.
Wat was ik trots. Alles wat we nodig hebben, zit er in: een keukentje, een zitje en een bed. Ik bleek alleen allemaal leuke spulletjes te hebben gekocht die helemaal niet praktisch waren en de spulletjes die we nodig hadden, had ik niet gekocht maar hadden we nog snel even kunnen lenen. Ik moet er nog een beetje inkomen, zeg maar.
We sliepen heerlijk. De volgende dag moesten we de camping alweer verlaten, maar konden de caravan kwijt op een dubbele parkeerplaats. Zo konden we nog van een dagje strand genieten.
Aan alles komt een eind, ook aan een heerlijke stranddag, en de caravan moest echt richting stalling voordat deze zou sluiten. Nog een keer een stop gemaakt op de parkeerplaats. Op advies van de praktische lief parkeerde ik 'm tussen joekels van vrachtwagens.
Wat zag ie er klein en kwetsbaar uit.
Bij de stalling moest ik me inhouden om niet te vragen of ze goed voor 'm zouden zorgen.
Ik mis 'm nu al.