Twee vriendinnenmama's en ik gaan vandaag verkopen op de vlooienmarkt.
Vriendinmama 1 is al vooruit gerend, vriendinmama 2 + dochter en ik proberen haar in de wirwar van kraampjes te vinden. Na drie keer de hele hal doorgecrosst te hebben, vinden we haar in verhitte discussie met een Utrechtse oma met vermoedelijk Siciliaans bloed, haar dochter en een besnorde man van de organisatie. Van de twee kramen voor onze neus staat er al één vol spullen.
'En ik ga dus echt niet weer mijn hele kraam ontruimen', krijst de dochter. 'Jij zei dat we deze kraam mochten hebben!'. Bij die laatste woorden wijst ze priemend naar de organisator, die het steeds benauwder krijgt.
'Het zijn onze kramen!', roept vriendinmama 1 terug. 'En ik vind het vervelend dat ze jou de verkeerde kraam hebben toegewezen, maar ik ga hier dus staan met mijn vriendinnen!'.
Vol respect kijken vriendinmoeder 2 en ik naar het tafereeltje.
'Kijk, dat is nou opkomen voor jezelf', mompel ik tegen vriendinmama 2 + dochter. 'Daar kunnen wij nog wat van leren!'. Watje dat ik ben.
Even later komt de organisator weer aanbenen. Hij kijkt al iets opgeluchter; hij heeft een andere dubbele kraam voor ons gevonden. Weliswaar achter in de zaal, maar we zijn de beroerdste niet (
We hebben niet zo lang meer om de kraam op te tuigen. Ik skate op een wagentje met wieltjes van vriendin 1 richting auto (waarom heb ik daar nou niet aan gedacht? Ik vond het al heel voorbereid van mezelf dat ik een flesje water had meegenomen) en ga vervolgens bijna onderuit.
Niet zo stoer doen, prentje.
Iets rustiger haal ik mijn spullen. Helaas had ik geen rekening gehouden met de gladde drempel en 7631 piepkleine kraaltjes vinden hun weg over de vloer.
Even rustig ademhalen. (Lijkt of het regent als altijd).
Uiteindelijk heb ik mijn gedeelte ingericht en ben helemaal in mijn nopjes met mijn eigen winkeltje.
En gelukkig maar, want ik ben de enige.
Ik ben een beetje een vreemde eend in de bijt, blijkt al snel. Het publiek bestaat vooral uit koopjesjagers die mijn kleurrijke shop hard voorbij lopen. En ik heb nog wel zoveel spulletjes dat het bij lange na niet op de kraam past. Ik blokkeer de weg een beetje door alle dozen op de grond, maar zelfs dat stopt het publiek niet.
Vriendinnenmama's en ik blijken elkaars beste klanten te zijn.
De rest van het Nieuwegeinse publiek zit blijkbaar niet te wachten op de zelfgemaakte prentje-schilderijtjes en -hangers; en bakken vol roodkapjebandjes en knoopjes in de vorm van pinguïns, koffiekopjes en appeltjes.
Als we weer inpakken, lijkt het of ik op wonderbaarlijke wijze meer spullen heb dan toen ik begon.
Misschien toch eindelijk maar eens die webshop openen.